Het voorstel was oorspronkelijk bedacht om het gebruik van bestrijdingsmiddelen zo snel mogelijk te beperken. Het beoogde doel was een reductie van 50 procent tegen het jaar 2030.
Hiermee nam de Europese Commissie te veel hooi op haar vork, aldus een blok van de christendemocraten, liberalen en extreemrechts. Tijdens de lange stemming zwakten zij de plannen zo af dat uiteindelijk ook de linkerkant van het Europees Parlement tegenstemde.
Nu het voorstel is verworpen, rest de vraag hoe het nu verder moet met dit belangrijke onderdeel van de Green Deal. Normaal gesproken beslissen de EU-ministers die over het onderwerp gaan samen met het Parlement of een voorstel aangenomen – en dus wet – wordt of niet.
Buiten spel
In de Brusselse wandelgangen gonsde het al: de Europese landbouwministers willen toch proberen om het pesticidenplan in leven te houden. Tijdens de landbouwraad van afgelopen week, waar zij samenkwamen om over de belangrijke agrarische ontwikkelingen te spreken, bleek dit inderdaad het geval.
Het lijkt er dus op dat de Europese Commissie haar plan mogelijk niet hoeft terug te trekken – de enige andere optie als het Parlement tegenstemt. “Er moet doorgewerkt worden aan het voorstel”, aldus de Spaanse landbouwminister Luis Planas, die momenteel de Raad voorzit, tijdens een persconferentie.
Veel onduidelijkheid
Hij voegde hier wel aan toe dat de uitkomst nu “erg onzeker” is. Zelfs als de ministers de komende tijd tot een akkoord komen – iets wat zeker nog geen uitgemaakte zaak is – moet het Europees Parlement uiteindelijk alsnog groen licht geven.
Gezien de eerdere afwijzing kunnen de zogeheten trilogen, de onderhandelingen tussen het Parlement, de Raad en de Europese Commissie, niet plaatsvinden. In plaats daarvan zou de nieuwe tekst van de EU-ministers in dat geval de basis vormen voor een tweede lezing in het Parlement.
Deze zou dan vervolgens door een absolute meerderheid moeten worden aangenomen – een vrij onwaarschijnlijk vooruitzicht gezien de uitslag van de laatste plenaire stemming.
“Werkbaar compromis”
Om in ieder geval de kans op overeenstemming tussen de EU-lidstaten te vergroten, heeft voorzitter Planas een aantal aanpassingen voorgesteld. Zo wil Spanje dat de reductiedoelstelling van 50 procent alleen gaat gelden op Europees niveau in plaats van op nationaal niveau. Zo kunnen individuele landen niet meer op de vingers worden getikt – een flinke verzwakking van het originele plan.
Ook stelt hij voor de definitie van ‘kwetsbare gebieden’ waar geen pesticiden meer gebruikt mogen worden, aan te passen. Dit zou de bureaucratische rompslomp moeten verminderen, aldus de voorzitter.
Of dit genoeg zal zijn voor alle EU-lidstaten is nog niet duidelijk. Onder andere Italië en Frankrijk blijven kritisch.
Noodzakelijk kwaad
Na de bijeenkomst gaf minister van Landbouw Piet Adema aan dat Nederland achter het plan staat. “Nederland is nog steeds voor een hoge reductiedoelstelling van vijftig procent”.
Eerder was Nederland, koploper per hectare gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, overigens ook al positief over de tekst.
Hij vindt het jammer dat het Europees Parlement en sommige landen terugkrabbelen. “Pesticiden zijn soms noodzakelijk, maar doen ook veel kwaad. Daarom zullen we het gebruik ervan terug moeten dringen. Het kan echt met de juiste technieken, en daar moeten we ons dus voor blijven inzetten.”
Meer over deze zes fases in het Europese besluitvormingsproces lees je hier.