Brussel verdedigt nieuwe EU-begroting in Den Haag: landbouw vreest verlies van ‘gemeenschappelijk’ beleid

De Commissie lichtte in Den Haag de nieuwe EU-begroting toe, maar landbouwpartijen en regionale overheden blijven kritisch. Zij vrezen dat nationale verschillen het landbouwbeleid gaan bepalen.

2 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

De meerjarenbegroting van de Europese Unie wordt ingrijpend herzien. Hoewel het totale budget stijgt, lijkt er voor landbouw een kleiner aandeel over te blijven. Dat leidde vorige week tot een volle zaal in het Huis van Europa in Den Haag, waar belangen­organisaties, bedrijven en regionale overheden hun zorgen konden uitspreken tegenover de Europese Commissie. Aan Brusselse zijde schoven Gijs Schilthuis (DG Landbouw) en Martijn Ooms (programmamanager) aan om het voorstel toe te lichten.

Volgens de Commissie draait de nieuwe begroting vooral om versterking van het Europese concurrentievermogen. “We zijn niet concurrerend genoeg, en dan zijn er ook nog uitdagingen op geopolitiek en klimaat”, zei Schilthuis.

Eén fonds

De grootste wijziging is het bundelen van bestaande fondsen voor cohesie (regio), landbouw en onderdelen van veiligheid. Voor dit nieuwe overkoepelende fonds is zo’n 1.062 miljard euro gereserveerd voor 2028–2034. Het geld loopt voortaan via nationale regeringen, die plannen moeten indienen waarop Brussel meer kan sturen.

In de zaal ging het vooral over de gevolgen daarvan. “Het gemeenschappelijke element van het landbouwbeleid dreigt weg te vallen”, waarschuwde LTO-bestuurslid Thijs Rompelberg. Bovendien is een verlaging van het landbouwbudget niet wenselijk: “Er is nu al meer vraag dan budget”, aldus Rompelberg. Ook regionale vertegenwoordigers vrezen dat nationale keuzes zwaarder gaan wegen dan Europese doelen. Jessie Post (VNG): “Dit kan leiden tot 27 verschillende plannen en oneerlijke concurrentie. Wij zien dat als een reëel risico.”

Minder geld

Voor landbouw blijft de bestaande systematiek van directe betalingen bestaan, maar het budget daalt. “Er is minstens 293,7 miljard euro beschikbaar voor landbouw, waarvan zo’n 5 miljard voor Nederland”, zei Ooms. Dat is ongeveer dertig procent lager dan in de huidige meerjarenbegroting. Volgens hem is het een minimumbedrag; lidstaten kunnen middelen verhogen of combineren wanneer beleidsterreinen elkaar raken, zoals landbouw en natuurherstel.

Onderhandelingen

De plannen liggen nu bij het Europees Parlement en de lidstaten. Het Europees Parlement was aanvankelijk kritisch vanwege de positie van regio’s, maar wil na toezeggingen toch onderhandelen. In de Raad lopen de standpunten nog sterk uiteen. Dat het voorstel nog verandert, is vrijwel zeker.

Dit artikel is een ingekorte versie van onze uitgebreide reportage over de nieuwe EU-begroting en de gevolgen voor het landbouwbeleid. Het volledige stuk verschijnt in de Nieuwsbrief Landbouw & Visserij. Abonneer je nu en ontvang dit verhaal én veel meer verdiepende verhalen over landbouw en visserij.