Nieuwspoort stroomde donderdagavond vol voor een debat dat zomaar eens het belangrijkste van deze verkiezingscampagne kon zijn: over de Europese Unie. Het leverde een twistgesprek op, waar niet alleen in Den Haag aandachtig werd geluisterd, maar ook in het Holland House in Brussel.
Zes partijen stuurden hun zogeheten ‘Europawoordvoerder’ naar het Grote Europawoordvoerdersverkiezingsdebat dat werd georganiseerd door Brusselse Nieuwe. GroenLinks-PvdA, CDA, VVD, D66, SP en Volt sloten aan. Die woordvoerders houden zich in Den Haag bezig met alles wat uit Brussel komt en bespreken dat samen in de commissie Europese Zaken. Ze vormen de brug tussen Europese regels en nationaal beleid, en daarover gingen de partijen met elkaar in debat. Moet Nederland strenger zijn dan de Europese regels voorschrijven, of juist niet?
VVD’er Thom van Campen, nummer elf op de kieslijst, kreeg als eerste het woord tijdens een reeks algemene vragen over de EU. Hoeveel ambtenaren werken er eigenlijk in Brussel? Van Campen wist het niet precies, maar vond wel dat ook daar gekeken moest worden naar efficiëntie, net als in Nederland, waar de VVD het aantal ambtenaren fors wilde terugbrengen. Volt-fractievoorzitter Laurens Dassen had juist een positiever beeld. Hij kreeg een vraag over het aantal Europarlementariërs in het Parlement. “Dat zijn er 720 en dat werkt goed”, reageerde hij. Daar kan Den Haag nog wel wat van opsteken, wat Volt. Deze partij wil namelijk het aantal Tweede Kamerleden uitbreiden naar 250, omdat er veel complexe wetgeving op Nederland afkwam — vaak afkomstig uit de EU.
CDA-Kamerlid Derk Boswijk en D66-senator Fatimazhra Belhirch kregen vragen over hoe efficiënt de EU werkte. Moet het Europees Parlement écht nog elke maand naar Straatsburg verhuizen? En moet elk debat en document in 24 talen worden vertaald? Boswijk erkende dat het ergenissen zijn, maar wuifde het weg als bijzaak. “Er zijn grotere problemen”, vond hij.
Klimaatdoelen: strenger of niet?
Dan het klimaat, waar het debat flink oplaaide. Laurens Dassen van Volt beet de spits af: bedrijven die niet wilden verduurzamen, mochten wat hem betrof vertrekken — uit Nederland én uit de EU. “De klimaatschade in Europa bedraagt dit jaar al 43 miljard euro. We moeten versnellen.” CDA’er Boswijk vond ook dat het klimaat aandacht verdiende, “maar wel met verstand”. Veel bedrijven willen volgens hem vergroenen, maar lopen vast op personeelstekorten en een overvol stroomnet. “We moeten geen potje verplassen over de klimaatdoelen. Het gras gaat niet harder groeien als je eraan trekt.”
“Wel als je het stimuleert”, reageerde Dassen. “In 2040 moeten we klimaatneutraal zijn.” Van Campen (VVD) sloot zich aan bij het CDA. Klimaatbeleid noemde hij “een liberale verantwoordelijkheid”, maar bedrijven moeten die omslag wel kunnen maken. “Zij zorgen tenslotte voor banen.” Het heeft volgens hem geen zin om Tata Steel terug naar India te sturen. Tom van der Lee (GroenLinks-PvdA) vond dat bedrijven vooral behoefte hadden aan duidelijke regels. Hij verweet het kabinet zwabberbeleid, vooral rond de CO2-heffing. “Die werd in het vorige kabinet ingevoerd door de VVD, en in dit kabinet weer afgeschaft door diezelfde VVD. Met dat jojo-beleid komen we nergens.”
Ook het verkoopverbod op nieuwe benzine- en dieselauto’s vanaf 2035 kwam aan bod. De Europese christendemocraten — waar ook het CDA bij hoort — willen die regels versoepelen. Maar Boswijk hield voet bij stuk: “De consument wil elektrisch rijden. En als we onze doelen afzwakken, komt die auto straks uit China. We moeten juist de Europese auto-industrie helpen om de doelen te halen.” VVD-lijsttrekker Dilan Yesilgöz had zich eerder sceptisch getoond over die 2035-doelen. Van Campen was minder uitgesproken. Volgens hem hoefde het verbod niet direct van tafel, maar moeten we er realistisch naar kijken.
NAVO-norm betalen
Na dit verhitte debat sloten SP en D66 aan voor de ronde over defensie. Het onderwerp staat hoog op de Europese agenda. En alle partijen waren het nagenoeg met elkaar eens: er moest meer geld naar defensie. De grote vraag was alleen: hoeveel en wie betaalt het? De SP was stellig. Volgens het Arnhemse raadslid Gerrie Elfrink, plek zes op de kieslijst, is het niet nodig om te committeren aan de “Trump-norm” van vijf procent van het bruto binnenlands product. “Dat zorgt voor een overbodige wapenwedloop.” Volgens Elfrink komt de Europese oorlogsindustrie wel op gang zodra het nodig is, maar dat is nu nog niet het geval.
De andere partijen reageerden verbaasd: “De SP zegt dat het een sterke Europese defensie wil en minder afhankelijk wil zijn van de Verenigde Staten, maar de SP trekt daar geen geld voor uit”, zei Dassen. Volgens D66’er Belhirch zijn investeringen in defensie hard nodig, en dan met name het materiaal. “Dat is op dit moment gewoon niet op orde.” Belhirch pleitte daarom ook voor gezamenlijk Europees lenen. Van der Lee sloot zich daarbij aan. Hij benadrukte: “We moeten niet gaan bezuinigen op de zorg om extra geld aan defensie te besteden.” Van der Lee kreeg vervolgens kritiek van Volt. GroenLinks-PvdA zou niet structureel in defensie willen investeren. “Dat is onjuist”, reageerde Van der Lee. “We gaan over tien jaar opnieuw kijken wat nodig is.”
Asielinstroom omlaag
Tot slot: migratie. De kernvraag die de politici voor de kiezen kregen, ging over het Europese Asiel- en Migratiepact dat volgend jaar in werking treedt. Zijn deze Europese regels voldoende, of zijn er extra nationale wetten nodig? SP’er Elfrink ziet het niet goedkomen met het Europese migratiepact dat asielzoekers beter over de lidstaten moet verdelen en de procedures moet versnellen. “Polen zegt al dat zij geen vluchtelingen willen opnemen en ik kan me voorstellen dat Hongarije en andere lidstaten deze Europese regels ook niet gaan uitvoeren.” De andere partijen waren het daar niet mee eens. Zij zien dat de Europese afspraken nuttig zijn, maar dat er wel aanvullend nationaal beleid nodig is. Van Campen ging zelfs een stap verder. In het verkiezingsprogramma van de VVD staat dat Nederland het strengste asielbeleid van Europa moet hebben. Het leverde gefronste blikken op van de andere partijen.
De andere partijen keken met nog meer verbazing naar de VVD toen het over een migratiesaldo ging. Van Campen zei te willen streven naar een migratiesaldo van nul. “Dat staat niet in het VVD-programma, maar dat is wel onze wens.” Volgens de andere partijen is dat compleet onrealistisch. Zeker ook op het gebied van arbeidsmigratie.
Op dat laatste punt waren de partijen het veel met elkaar eens: er moet paal en perk worden gesteld aan goedkope arbeidsmigratie. Slachterijen, kassen en distributiecentra moeten minder afhankelijk worden van laagbetaalde arbeidskrachten. En als dat betekent dat het voor deze bedrijven economisch niet meer uitkomt, dan is er voor hen misschien geen plaats in Nederland, zo zeiden Boswijk, Elfrink en Belhirch.
Het hele debat is terug te kijken via deze link.