Afgelopen week heeft de Europese Commissie het Poolse plan voor de besteding van het coronaherstelfonds goedgekeurd. Een historische en pijnlijke fout, oordeelt het Europees Parlement. Wel aanspraak maken op het coronaherstelfonds, maar geen naleving van de Europese rechtsstaatsprincipes, dat kan niet. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen wordt daarom door het Parlement op het matje geroepen.
Geen schrik: er zijn toezeggingen gedaan
Dat is de boodschap van Von der Leyen: “We hebben een jaar onderhandeld en nu moet de Europese Raad beslissen. Hiermee steunen we de Polen, maken we ruimte voor herstel en veerkracht. Het gaat om investeringen die gekoppeld moeten worden aan hervormingen. De goedkeuring van dit plan is gekoppeld aan duidelijke toezeggingen en verbintenissen van de Europese regering over de rechtspraak.”
Toezeggingen die de Commissievoorzitter herleidt tot drie grote punten waaraan Polen moet voldoen om de betaling daadwerkelijk te ontvangen: “De huidige tuchtkamer moet ontmanteld en vervangen worden door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht, de tuchtregeling moet hervormd worden zodat dubieuze overtredingen (bijvoorbeeld een rechter die wordt gestraft omdat hij een verzoek indient bij het Europees Hof) worden geschrapt en tot slot moeten alle rechters die door de tuchtkamer zijn benaderd de optie krijgen om hun zaak door een nieuwe tuchtkamer te laten herzien.”
Commissie doet niet wat ze moet doen
Toch ziet het ernaar uit dat de Europese Commissie de herstelfondsen heeft vrijgegeven aan Polen zonder dat daar harde garanties over het verbeteren van de rechtsstaat tegenover worden gesteld. Erg kwalijk, vindt Thijs Reuten (PvdA): “Voor de zoveelste keer doet de Europese Commissie niet wat ze moet doen: de rechtsstaat verdedigen. In plaats daarvan wordt de Poolse regering beloond voor het blokkeren van ongerelateerde dossiers en een aantal schijnaanpassingen. Nu de Commissie akkoord geeft zal de Europese Raad, waaronder het Nederlandse kabinet, de poot stijf moeten houden”.
Dat Polen werk zou maken van de rechtsstaatkwestie, moet volgens partijgenoot Lara Wolters met een korreltje zout worden genomen: “De onafhankelijkheid van de rechtspraak in Polen blijft onder druk staan. Het wetsvoorstel dat nu voorligt in het Poolse parlement is slechts een druppel in de oceaan, en komt geen stap dichterbij in het voldoen aan de uitspraken van het Europees Hof over de Poolse rechtsstaat.”
Europarlementariër Jeroen Lenaers (CDA) richt zich in de zaal tot Von der Leyen: “Er is veel tijd voor de Poolse regering geweest om veranderingen in te voeren, maar dat is niet gebeurd. Desondanks is de betaling toch goedgekeurd, dit is dus in omgekeerde volgorde. Geen enkele euro naar Polen tot er werk gemaakt is van die toezeggingen die ze u en de Europese Unie hebben gedaan.”
Motie van afkeuring
De kritiek op de Europese Commissie komt overigens niet alleen uit linkse hoek: Europarlementariër Guy Verhofstadt – oud-premier van België en ook oud-fractieleider van de liberalen in het Europees Parlement – heeft samen met Luis Garicano en Sophie in ’t Veld (D66) een motie van afkeuring opgesteld. Het drietal is aangesloten bij Renew, de liberale fractie van het Europees Parlement.
Dit is een soort motie van wantrouwen waarmee leden van het Europees Parlement hun onvrede over beslissingen van de Europese Commissie uiten. Als de meerderheid van het Europees Parlement een stem uitbrengt over deze motie, en daarvan 2/3e in het voordeel is van de motie, dan moet de Europese Commissie gezamenlijk aftreden. Dat het Europees Parlement het uitvoerend orgaan van de Europese Unie moet wijzen op diens verantwoordelijkheden, vormt de rode draad van het korte betoog van In ‘t Veld tijdens de zitting in Straatsburg. “We zitten hier niet voor niks”.