Nederlands kabinet wil afspraken over keuze nieuwe Commissievoorzitter

Met de Europese verkiezingen in aantocht staat het spitzenkandidatenproces weer op de agenda. Dinsdag 15 november bespreken EU-ministers de plannen van het Europees Parlement om het spitzenkandidatenproces officieel vast te leggen. Het kabinet ziet vooralsnog niets in de plannen, maar wil wel dat er nieuwe afspraken komen.

4 min. leestijd
(Bron foto: EP Multimedia)

Het blijft moeilijk voor de Europese Unie om dichter bij de Europese burger te staan. Voor veel burgers blijft het een ver-van-mijn-bedshow. Ook voor Nederlanders. Daar moest iets aan gebeuren, vond het Europees Parlement. De EU moet democratischer worden. Het Parlement kwam daarom met een voorstel: maak de Europese verkiezingen belangrijker en laat de voorzitter van de Europese Commissie echt het resultaat zijn van de verkiezingsuitslag.

Dinsdag 15 november komen EU-ministers bij elkaar om het te hebben over de Europese Kiesakte. Dat zijn de regels over de werking van de Europese verkiezingen, maar de regels bepalen ook wie uiteindelijk de grote baas in Brussel wordt. De EU-ministers bespreken de plannen van het Europees Parlement, maar erg enthousiast zijn ze niet.

Europees Parlement wil spitzenkandidaten

Het Europees Parlement moet een akkoord sluiten met Europese regeringsleiders over de benoeming van de nieuwe voorzitter van de Europese Commissie. Dat is het advies van het Nederlandse kabinet. Het Europees Parlement wil het zogeheten spitzenkandidaten-proces vastleggen, ze vinden de huidige regels te vaag waardoor regeringsleiders vrij spel krijgen. Regeringsleiders zijn uiteindelijk degenen die bepalen wie naar voren geschoven wordt als kandidaat-Commissievoorzitter.

Als het Europees Parlement haar zin krijgt, zou dat betekenen dat de spitzenkandidaat (‘topkandidaat’) van de winnende Europese fractie automatisch de voorzitter wordt van de Europese Commissie. Vergelijkbaar met de lijsttrekkers in de Nederlandse verkiezingen. Europese regeringsleiders hebben hun bedenkingen. Ze willen vooral zelf de touwtjes in handen hebben.

Spitzenkandidaten gepasseerd na vorige verkiezingen

“Dit kan echt niet”, klonk het uit pro-Europese hoeken na de Europese verkiezingen van 2019. Het spitzenkandidatenproces dat volgens pro-Europese partijen de Europese Commissie democratische legitimiteit geeft, was door Europese regeringsleiders naast zich neergelegd. De Europese leiders schoven de Duitse minister van Defensie, Ursula von der Leyen, naar voren als de volgende voorzitter van de Europese Commissie. En dat terwijl Von der Leyen niet eens meegedaan had aan de verkiezingen.

De politieke partijen in het Europees Parlement moesten met één spitzenkandidaat per fractie komen. En na de verkiezingen moest het nieuw gekozen Parlement zich in meerderheid achter één kandidaat scharen. Dat was in 2019 de makke. De sociaaldemocraten beweerden een meerderheid te hebben die Frans Timmermans zou steunen, terwijl de christendemocraten beweerden dat de meerderheid achter Manfred Weber zou staan. Aangezien het nooit tot een debat met stemming kwam, namen de regeringsleiders uiteindelijk het heft in eigen handen. Beide kemphanen werden gepasseerd.

Kabinet wil geen spitzenkandidaten

Volgend jaar vinden er opnieuw Europese verkiezingen plaats. En dat betekent dat er opnieuw gekeken wordt naar de manier waarop ze horen te verlopen. In tegenstelling tot het Europees Parlement ziet het kabinet niets in het spitzenkandidaten-proces. Regeringsleiders schuiven iemand naar voren en het Parlement geeft goedkeuring, vindt het kabinet.

Ook als regeringsleiders de Commissievoorzitter kiezen is er volgens het kabinet genoeg democratische legitimiteit. De regeringen zijn immers democratisch tot stand gekomen en het Europees Parlement krijgt, ook als regeringsleiders iemand naar voren schuiven, de kans om die persoon goed te keuren. Bovendien bewaar je zo de democratische balans tussen regeringsleiders en Europese volksvertegenwoordigers, vindt het kabinet. Dat is volgens het kabinet democratisch genoeg.

Regels zijn nu wel te vaag

Toch moeten er nieuwe afspraken komen, vindt het kabinet. De huidige regels zijn vaag. Zo staat in de Europese verdragen dat regeringsleiders bepalen wie als kandidaat-voorzitter van de Europese Commissie naar voren wordt geschoven. Maar ze moeten in hun beslissing wel “de uitslag van de Europese verkiezingen in acht nemen”. Wat betekent dit “in acht nemen”? Daar ligt het probleem.

Nemen regeringsleiders de uitslag van de verkiezingen genoeg in acht als ze iemand naar voren schuiven uit de winnende Europese fractie, ook als die persoon niet verkiesbaar was? Of moeten regeringsleiders de verkiezingen meer in acht nemen en alleen de spitzenkandidaat van de winnende Europese fractie naar voren schuiven?

Afspraken maken

Het kabinet wil in ieder geval het een en ander op papier hebben over hoe de Commissievoorzitter nu gekozen wordt. Dat kan in de conclusies na een Europese top of met een aparte verklaring. Nadeel is wel: die verklaring of conclusie zou niet juridisch bindend zijn. Een duidelijke oplossing voor de vaagheid van de huidige regels is het dus niet.

Toch kan het niet anders, denkt het kabinet. Er is te weinig draagvlak bij Europese regeringen om het spitzenkandidaten-proces wettelijk vast te leggen zoals het Europees Parlement graag wil. Een overeenkomst tussen het Europees Parlement en de lidstaten is dus een tussenoplossing.