Een typisch bubbelwoord is het woord ‘acquis’. ‘Acquis’ is Frans voor ‘verworven’. In de Europese Unie verwijst het naar alles wat in de loop der tijd is ‘verworven’ of ‘opgebouwd’ door de EU-instellingen.
11.000
Het acquis bevat naast alle EU-wetgeving (meer dan 11.000 richtlijnen en verordeningen), eerdere uitspraken van Europese rechters, alle doelstellingen omschreven in de EU-verdragen (denk aan de ontwikkeling van armere EU-regio’s via de cohesiefondsen) en alle internationale overeenkomsten. De onverkorte bubbelnaam, die je zelfs ook in Van Dale kan vinden, luidt ‘het communautaire acquis’, de totale verzameling wetten van de EU.
Al die Europese wetgeving behelst verschillende beleidsterreinen zoals het milieu (denk aan wetten die de waterkwaliteit moeten verbeteren), eerlijke concurrentie binnen de EU en mensenrechten, zoals het recht op gelijke behandeling. Het acquis is iets dynamisch. Voortdurend worden nieuwe wetten toegevoegd, verouderde wetgeving wordt gewijzigd of ingetrokken.
Toezicht
Kandidaat-lidstaten, zoals Oekraïne, moeten akkoord gaan met dit acquis voor ze toetreden tot de EU. Deze landen moeten dus eerst het acquis omzetten in hun nationale wetgeving. Daarnaast moet de kandidaat-lidstaat ook voldoen aan de zogeheten ‘Kopenhagen-criteria’ zoals het een goed draaiende economie, een stabiele democratie en rechtsstaat, respect voor mensenrechten en respect voor minderheden.
Tijdens het toetredingsproces houdt de Europese Commissie in de gaten of de kandidaat-lidstaat vooruitgang boekt in het toepassen van de EU-wetgeving en het doorvoeren van de nodige hervormingen. De Commissie houdt de lidstaten (de Raad) en het Europees Parlement daarbij voortdurend op de hoogte.
Op dit moment zijn er negen kandidaat-lidstaten: Turkije, Montenegro, Noord-Macedonië, Servië, Albanië, Oekraïne, Moldavië, Bosnië, Georgië. Er is één land dat graag kandidaat-lidstaat zou worden: Kosovo.