Lange tijd was Nederland een belangrijke speler op het Europees toneel, met oud-premier Rutte als sterspeler. Maar met de nieuwe wind die door Europa waait, lijkt het tij te keren. Hoe past de nieuwe premier Dick Schoof in de schoenen van de doorgewinterde Rutte? En wat doet dat met de invloed die Nederland heeft op Europees beleid? Tijdens de jaarlijkse eindejaarsshow van de podcast Café Europa deelde journalist Arjan Noorlander zijn laatste analyses die de zaal in Den Haag soms deed lachen, maar vooral veel stof gaf tot nadenken.
Nederland bokste boven zijn gewicht
“Nederland wil vooral altijd wat aan Europa hebben, zonder daar veel voor over te hebben.” In rap tempo zet Arjan Noorlander, journalist bij Nieuwsuur en voormalig EU-correspondent, alle neuzen in de zaal dezelfde kant op.
Oud-premier Mark Rutte, vertelt Noorlander, was aan het begin van zijn premierschap kritisch over de EU. Die houding veranderde in de loop van de jaren in een pro-Europees politicus die de voordelen inzag van Europese samenwerking. Rutte beet zich vast in vele onderwerpen en motiveerde zijn ambtenaren daarmee om nog harder te lopen.
Nederland bokste daarmee boven zijn gewicht, stelt een recent onderzoek van de directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Zij onderzochten hoe goed Nederland was in het beïnvloeden van beleid, het ‘spel van geven en nemen’, in tijdperk Rutte. Die invloed bleek dus groot. Maar dat lijkt met het huidige kabinet verleden tijd.
Europese ambities van de coalitie
Onder premier Dick Schoof begint de ‘Rutte-factor’ uit te werken, stelt Noorlander met behulp van het IOB-rapport. Het ontbreekt de coalitiepartijen niet aan Europese ambitie, alleen druist die in tegen hoe samenwerking in de EU werkt: niet alleen nemen, maar ook geven. Toch gaat het kabinet vooral met die eerste wens op pad. Noorlander zet het op een rijtje.
De BBB wil “met de vuist op tafel” uitzonderingen afdwingen voor Nederlandse boeren. De VVD heeft Nederland op 1, 2 en 3, voordat Europa aan de beurt is om ons op onze wenken te bedienen. De PVV wil wel samenwerken (met Hongaarse premier Viktor Orbán bijvoorbeeld, of premier Giorgia Meloni van Italië), maar niet in de EU. En de NSC vindt de EU ronduit ondemocratisch en wil daarom dat Nederland minder geld bijdraagt.
Toch zijn er volgens hem wel pro-Europese bewindslieden te vinden in dit kabinet: Caspar Veldkamp (NSC), minister van Buitenlandse Zaken en Ruben Brekelmans (VVD), minister van Defensie zien het belang van de EU voor Nederland wel in. Ook Dick Schoof mag volgens hem in dat rijtje. “De EU is de hoeksteen van onze veiligheid”, zei hij immers in zijn regeringsverklaring.
Maar echte impact voor Nederland zal Schoof in Brussel nooit hebben. Dat legt hij de zaal simpel uit. “Als men in Brussel weet dat je weggaat, ben je al vertrokken. En iedereen weet al dat hij weggaat.” In een zaal waar een groot deel van het publiek voor 2025 het meest uitkijkt naar ‘nieuwe Nederlandse verkiezingen’, kon dat rekenen op instemmend gelach.
“De enige echte Europeaan is Wilders”
De enige echte Europeaan is volgens Noorlander de partijleider van de grootste Tweede Kamer fractie, Geert Wilders (PVV). Die ging van pro-Nexit, naar twijfelachtig en zit volgens hem nu op ‘weigerachtig’. En dat maakt de pro-Europese ministers vleugellam.
Zij hebben te antwoorden aan de partijleiders in Den Haag. En van hen is Wilders volgens Noorlander “de macht der dingen”. Hij gaat verder: “Het kabinet moet zich continue verhouden tot ‘waar is Wilders’, ‘wat wil Wilders’. We zitten het uit met Schoof.” Zo functioneert samenwerking in de EU niet en dus speelt Nederland bijna geen rol meer op dat toneel.
Die pro- en anti-Europese houdingen gaan een keer botsen, voorspelt hij. Die nieuwe Nederlandse verkiezingen waar de zaal zo naar uit kijkt voor 2025, komen volgens de politiek analist dan ook “waarschijnlijk” volgend jaar.