De tijd dringt, klinkt het uit het Europees Parlement. PvdA-Europarlementariër Vera Tax maakt zich zorgen. De Europese wet die twee jaar geleden aangekondigd werd om geweld tegen vrouwen aan te pakken, is er nog steeds niet.
Een meerderheid van de EU-lidstaten, waaronder Nederland, wil zich niet branden aan het onderwerp verkrachting. Het Europees Parlement wil dat wel, en dus lopen de onderhandelingen tussen de lidstaten (de Raad) en het Europees Parlement op niets uit. Tax volgt de wet al sinds 2022 en hoopt er de komende maanden vaart achter te zetten.
Dezelfde bescherming
Op Internationale Vrouwendag in 2022 presenteerde de Europese Commissie haar plan. De Commissie wil regels over gedwongen huwelijken, genitale verminking, online seksuele intimidatie en verkrachting in heel de EU gelijktrekken.
Een goed plan, vindt Tax. Zij vindt dat vrouwen overal in de EU dezelfde bescherming moeten krijgen. Maar door onenigheid tussen de lidstaten en het Parlement is de wet er nog steeds niet. Het Europees Parlement en de lidstaten overleggen nu over het wetsvoorstel van de Commissie (in een zogeheten triloog). Zij proberen daarbij tot één standpunt te komen. En dat loopt al maanden mis. In december vond nog eens overleg plaats, maar ze bereikten geen overeenstemming over de vraag of verkrachting een Europese bevoegdheid is.
Nieuwe definitie
“Het bizarre is dat in Nederland ook een wet in de maak is zoals we die in Europa ook willen”, zegt Tax. Ze doelt op de nieuwe definitie die de Europese Commissie aan ‘verkrachting’ wil geven. In veel lidstaten kan iets pas als verkrachting bestempeld worden als er penetratie plaatsvindt onder dwang of met geweld. Er moet in principe verzet zijn geweest.
Maar dat is niet altijd het geval bij verkrachting, legt Tax uit. “Mensen kunnen bevriezen wanneer ze zich onveilig voelen”, zegt ze. “Zeventig procent van de verkrachtingen vindt plaats omdat het slachtoffer bevroor of bewusteloos was. Zij kunnen zich helemaal niet verzetten.” Seks zonder instemming, zou volgens de wet, ook ‘verkrachting’ gaan heten en dus strafbaar worden. Een maatregel die recent ook al door de Tweede Kamer aangenomen werd.
Nederlands verzet
Maar het kabinet beroept zich in haar verzet dus op de bevoegdheden van de EU. Volgens artikel 83 in de Europese verdragen mag de EU wetgeving maken over mensenhandel en seksuele exploitatie. Verkrachting valt daar niet onder, zegt Nederland.
“Het kabinet schaart zich zo in de hoek van conservatieve landen als Polen en Hongarije”, betoogt Tax. En dat terwijl er voor Nederland niks zou veranderen als het originele wetsvoorstel van de Commissie aangenomen wordt. Volgens Tax kan de EU zich wel degelijk beroepen op artikel 83 als het om verkrachting gaat.
De tijd dringt
Tax heeft eerder al gezien hoe het gaat met wetten die voor de volgende verkiezingen niet afgerond zijn. “Die belanden gewoon in de la”, zegt ze. Het gebeurde ook met een ander wetsvoorstel dat vrouwen moest helpen de top van het bedrijfsleven te bereiken, Women on Boards. Daarover werd aanvankelijk ook geen overeenstemming bereikt. Het voorstel zou tien jaar in de la belanden voor het een wet werd.
Met die kennis in het achterhoofd vreest ze het einde voor de wet als de EU-lidstaten en het Europees Parlement niet tot overeenstemming komen voor de Europese verkiezingen in juni. De eerstvolgende keer dat de Raad en het Parlement erover praten is in februari.
Druk opvoeren
Tax wil het wetsvoorstel opnieuw onder de aandacht brengen. Een eerdere poging leverde weinig op. Ze sprak net voor de val van het kabinet met demissionair premier Mark Rutte. Hij leek belangstelling te hebben, maar door de val van het kabinet loste haar oproep op in de verkiezingscampagne.
Nu is er een nieuwe Tweede Kamer en vinden kabinetsonderhandelingen plaats. Via een brief wil ze de Tweede Kamer vragen druk op het kabinet uit te oefenen in de hoop dat de Nederlandse positie nog op tijd verandert.
Meer over deze zes fases in de Europese besluitvormingsfabriek vind je hier.