Column Europa’s rafelrand: De premier die zijn eigen salaris halveerde

4 min. leestijd

Door Tijn Sadée, correspondent pendelend tussen Brussel en Zuidoost-Europa

Hij wordt omschreven als ‘de Kosovaarse sfinx’, vanwege zijn strakke gelaat waarop je weinig emoties kunt lezen. Uitgesproken fans noemen hem de ‘messias van de Balkan’. Maar op mij maakte hij de eerste keer dat ik hem sprak niet bepaald een geweldige indruk: tegenover me zat een drammerige, chagrijnige vent in vale jeans.

Dat was in 2007. Albin Kurti was politiek activist en luis in de pels in Kosovo dat in die dagen nog de wonden likte van de oorlog (1998-1999) tussen de Kosovo-Albanezen en de Serviërs.
Nu, vijftien jaar later, zit ik opnieuw tegenover hem. Hij heeft zijn spijkerbroek en slobbertrui ingeruild voor een strak donker pak. Want Kurti heeft het geschopt tot premier van Kosovo, de voormalige Servische provincie die in 2008 eenzijdig de onafhankelijkheid uitriep.

Een persoonlijk succesverhaal waarvoor bij die eerste ontmoeting, in 2007, elk voorteken ontbrak. De omstandigheden beloofden toen weinig. Om hem te spreken moest ik me, wapperend met journalistieke accreditaties, worstelen door een haag van politieagenten die Kurti’s huis in de Kosovaarse hoofdstad Pristina bewaakten. Kurti had huisarrest, een straf vanwege demonstraties van zijn protestbeweging ‘Zelfbeschikking’ die waren uitgelopen op geweld.

Later bleek dat agenten van de VN-missie, die Kosovo destijds als internationale ‘voogd’ bestuurde, per ongeluk hadden geschoten met scherp in plaats van met rubberkogels. Twee jonge demonstranten in de vredesmars werden gedood. En toch kreeg Kurti de schuld. Thuis op de bank zat hij zich te verbijten van woede. Tijdens ons gesprek klopte zijn broer aan. Die mocht één keer per dag langskomen met eten.

Respect

Als ik Kurti nu, in zijn werkkamer in het regeringsgebouw, aan die dramatische periode herinner, reageert hij fel. “Die gedode jongens waren vrienden van mij.”

Hardop rekent hij uit hoeveel tijd hij in totaal doorbracht in huisarresten en Servische gevangeniscellen: ruim vier jaar. “U vindt dat veel? Ik ben nu 47 jaar oud. Vier jaar, dat is niet eens tien procent van mijn leven.” Als premier strijdt hij nu voor de integratie van zijn land in de Europese Unie. Een moeizaam proces, vooral omdat nog altijd vijf EU-landen Kosovo’s onafhankelijkheid niet erkennen. En dan zijn er de voortdurende spanningen met buurland Servië dat Kosovo beschouwt als Servische provincie.

De door de Europese Unie bemiddelde gesprekken tussen Pristina en Belgrado, zoals ook afgelopen dagen weer in Brussel, leveren zelden wat op. En dus zit er voor Kosovo voorlopig niet meer in dan de status van ‘potentiële kandidaat-toetreder’. Daarnaast blijft voor Kosovaren de visumplicht voor reizen naar de Europese Unie van kracht.

“Als ik jullie premier Mark Rutte wil bezoeken moet ik allereerst een visum regelen!” zegt Kurti verontwaardigd. “Het wordt tijd dat de Europese Unie respect toont voor onze prestaties: van alle EU-kandidaten op de Balkan boeken wij de meeste vooruitgang in de verbetering van rechtspraak en de strijd tegen corruptie.”

In Kosovo, en ver daarbuiten, was het groot nieuws toen Kurti bij zijn aantreden als premier zijn eigen salaris en dat van zijn kabinetsleden halveerde. Kwestie van het goede voorbeeld geven, vindt hij.
“Papa gaat heel hard werken, voor veel minder geld” – dat vonden zijn gezinsleden vast ook een mooi en symbolisch gebaar? De ironie ontgaat hem niet, en eindelijk toont ‘de sfinx’ een ontspannen glimlach.
“Niemand in mijn gezin heeft geprotesteerd, althans níet publiekelijk.”

Big bang

Kurti vindt dat, tegen de achtergrond van de oorlog in Oekraïne, de Europese Unie moet laten zien waarvoor het is opgericht: een project van welvaart en vrede. En dan moet de Europese Unie zich, vindt hij, ontfermen over de Balkan waar oplopende spanningen, in Bosnië én aan de grens tussen Kosovo en Servië, een risico vormen. “De Europese Unie moet het proces van EU-toetreding volledig hervormen: niet langer dralen, maar de hand reiken aan de zes westelijke Balkanlanden in EU’s wachtkamer.”

Want anders? “Dan geef je de Russen vrij spel hier. Poetin is erop uit om de Balkan, en daarmee ook de Europese Unie, te destabiliseren. En dat besteedt hij graag uit aan Servië dat op de hand is van Moskou.”

De Balkanlanden één voor één laten toetreden in de toekomst zal volgens Kurti niet werken. “Als bijvoorbeeld Servië eerder ‘binnen’ is zal het daarna ons, de Kosovaren, gaan blokkeren.” Zijn oplossing: alle zes de landen, als in een big bang, tegelijk opnemen in de Europese Unie. “Maar dan moeten EU-leiders wel zelfvertrouwen en leiderschap tonen.”

Volg Tijn op zijn reisblog www.balkandashboard.com

Albin Kurti in zijn werkkamer in Pristina