Toren B | Nationale Europese verkiezingen

Nationale politiek is leidinggevend in hoe mensen stemmen bij de Europese verkiezingen. Dat is vaker zo, gemeenteraads- en provincieverkiezingen kunnen door kiezers ook worden aangevlogen als een referendum over de Haagse stand van zaken. Maar voor het Europees Parlement geldt dit in het bijzonder, blijkt uit onderzoek van I&O Research. 

3 min. leestijd
Bron illustratie: iStockphoto, 2019.

Slechts 11 procent van de kiezers kijkt voor hun keuze hoofdzakelijk naar de Europese politiek, concludeert I&O in mei. Dat was bij de vorige verkiezingen nog iets meer. De algemene standpunten van een partij wegen zwaarder dan de specifiek Europese standpunten, de Europese lijsttrekker of hoe de partij zich in het Europees Parlement opstelt. 

Nationaal belang

Op Europees niveau wordt er ook campagne gevoerd. Spitzenkandidaten reizen de hele Europese Unie door en voeren ondertussen ook campagne in eigen land, een slopend schema. Maar de mensen die daarmee belast zijn, lijken ook wel te weten dat de echte slag in het binnenland wordt gevoerd. Afgelopen donderdag debatteerden de Spitzenkandidaten voor de tweede maal, nu in Brussel. Waar het eerste debat in Maastricht nog groots was aangepakt – jongeren werden aangemoedigd watchparties te organiseren en het werd uitgezonden op primetime – was dat nu anders.

Donderdagmiddag om drie uur begon het debat. Hele spannende Tweede Kamerdebatten trekken rond die tijd misschien nog wel bekijks, maar dit debat zal toch vooral door professionals zijn gevolgd. Ook de opkomst bij de verkiezingen lijkt in Nederland die van 2019 niet te gaan overtreffen. Het onderzoeksbureau I&O verwacht dat net als toen ongeveer 42 procent van de kiesgerechtigden gaat stemmen. 

Gebrek aan kennis is de voornaamste reden voor kiezers om thuis te blijven, aldus 34 procent van de niet-stemmers. Onder PVV-kiezers is vooral vertrouwen (het gebrek daaraan) een grote reden om niet te gaan.

Onbekend maakt onbemind

Wat opmerkelijk is, ook uit het onderzoek van I&O: geen enkele van de lijsttrekkers heeft sinds maart aan bekendheid gewonnen. Nog altijd is Bas Eickhout – bekend onder 11 procent van de ondervraagden – de BN’er onder het gezelschap. Driekwart van de kiezers kent echter geen enkele lijsttrekker. Dat was bij de vorige verkiezingen heel anders: Frans Timmermans was onder ruim twee derde van de kiezers bekend. 

Voor de Nederlandse kiezer is ‘immigratie en vluchtelingenproblematiek’ met 51 procent het belangrijkste onderwerp voor de stemkeuze. Daarna volgt klimaat, 40 procent van de mensen vindt dat belangrijk. 

Alle ogen op Nederland

In Brussel leek het debat donderdag ook veel over Nederlandse politiek te gaan. Het debat werd georganiseerd door de European Broadcasting Union, dezelfde organisatie die ook het Songfestival doet. Dat was eraan af te zien: de presentatoren hadden het format (of eigenlijk de wilde mix aan formats) zo strak onder controle dat er nauwelijks nog ruimte was voor debat. Pas na een half uur spraken de lijsttrekkers elkaar een keer direct aan.

De spannendste momenten gingen over samenwerking met radicaal-rechtse partijen. De samenwerking van de VVD met de PVV leidt ertoe dat partijen zich uitspreken tegen dit verbond. De partijen die dat niet doen, of niet duidelijk genoeg, kregen bij het debat de volle laag. 

Eerder was de groeiende macht van de BBB al het onderwerp van gesprek in Brussel. In die zin gaan deze verkiezingen misschien ook meer over onze nationale politiek dan anders.