De Nederlandse regering bracht dinsdag een werkbezoek aan de Belgische collega’s. Een samenkomst met als doel: nog meer samenwerking tussen beide landen. Deze samenkomst vond plaats in de Belgische stad Gent, de stad van het Gravesteen, de Sint-Baafskathedraal en de Gentse Neuzekes (een kegelvorming paars snoepje). Maar staan alle neuzen wel dezelfde kant op?
Samen in de boot
De gezamenlijke ‘Thalassa-top’ is de vierde in zijn soort. De naam verwijst naar het schip waar de eerste samenkomst plaatsvond, in 2003. Rode draad van dit regeringsoverleg? Het versterken van de hechte band tussen Nederland en België wat betreft defensie, veiligheid, mobiliteit en duurzaamheid.
“We zijn niet alleen goede buren, maar ook goede vrienden”. Deze uitspraak van premier Rutte doet denken aan de leus van Pieter Jan Kleiweg de Zwaan, de Nederlandse ambassadeur in Brussel. Een vriendschap die werd bezegeld met de langdurige handdruk van Premier Rutte en burgemeester Mathias de Clercq bij aankomst in Gent:
Drugsbestrijding
De uitdagingen zijn talrijk. Niet alleen in het oosten van het Europese continent waar “Nederland en België pal achter Oekraïne staan”, maar ook in de eigen regio zijn de uitdagingen groot: drugshandel en en drugscriminaliteit zetten de binnenlandse veiligheid zwaar onder druk. En de drugsnetwerken gedijen vooral in grensgebieden als Brabant en Limburg.
“De strijd tegen de georganiseerde criminaliteit is een absolute prioriteit”, staat te lezen in de gezamenlijke slotverklaring. Nederland en België willen de drugsbestrijding versterken door nog beter in te zetten op preventie, drugscontroles en opsporing. Maar ook de vervolging van drugscriminelen moet beter. Daarom willen deze landen een sterkere samenwerking op het vlak van justitie en politie. In 2022 treedt het Benelux-verdrag voor politiesamenwerking in werking, wat alvast moet zorgen voor een betere uitwisseling van informatie tussen de landen van de Benelux.
Crisisbeheer
België en Nederland willen ook meer aandacht besteden aan de “bescherming en externe veiligheid”. Het gaat hierbij om de problematiek rond de Oekraïense vluchtelingenopvang. De landen deden een oproep aan Brussel: blijf investeren in een gezamenlijk crisisbeheer op Europees niveau. Zo moet er volgens België en Nederland nu echt werk gemaakt worden van het Asiel- en Migratiepact, een voorstel van de Europese Commissie dat al jaren door lidstaten als Polen en Hongarije wordt tegengehouden. Dat pact moet ervoor zorgen dat lidstaten migratiestromen in goede banen kunnen leiden.
De ministers en staatssecretarissen van beide landen willen meer grip op migratie. “We willen legale migratie verbeteren en versterken; de irreguliere migratie moet beperkt worden. Ook moet het Schengengebied beter beveiligd worden door een versterking van de buitengrenzen, een betere toepassing van de Europese regels en het voorkomen van extra migratiestromen.”
