Dat zijn onverwachtse politieke carrière in Brussel begon en niet thuis, was voor Roos een logische keuze. “We richten ons altijd op het spel in Den Haag, maar Brussel is de doorslaggevende factor in het sociale en financiële leven van mensen.”
Als Europarlementariër zet Roos zich voornamelijk in voor ondernemers en doet hij aan “oprechte volksvertegenwoordiging.” “Politici moeten de burgers dienen. Eén van de dingen die mij opvallen, is dat veel collega’s, nadat ze verkozen zijn en hun eerste stappen in het Europees Parlement hebben gezet, meer met hun politieke carrière bezig zijn dan met de Nederlandse burger. Ze kiezen niet voor Nederland, maar voor hun carrière.”
Timmermans laten draaien
Het thema waarmee Roos zich als Europarlementariër het meest bezighoudt, is de energietransitie. “Ik roep al jaren dat we voor de energietransitie werk moeten maken van kernenergie. Daar wilde Timmermans aanvankelijk niets van weten, maar nu staat het toch in de taxonomie (de taxonomie bepaalt welke zaken een groen label krijgen en dus aantrekkelijk zijn voor toekomstige investeerders). Een overwinning die Roos blij stemde, maar tevreden is hij nog lang niet.
“Ik heb nog een hoop werk. We moeten op korte termijn betaalbare energie hebben voor burgers en bedrijven, anders stort de economie in elkaar. Daarom probeer ik iedereen te overtuigen van het feit dat we de Green Deal moeten negeren en onmiddellijk werk moeten maken van kernenergie.”
Progressief
In Brussel kan Roos problemen bij de kern aanpakken, maar geeft toe dat het soms ook lastig is. “Ik zou het grote vrachtschip wel een paar graden de andere kant op willen sturen, maar dat gaat niet.”
Het Europees Parlement is vrij progressief volgens Roos. “De conservatieve kiezer die niet voor verdere integratie van de Europese Unie is, gaat niet naar de stembus,” legt Roos uit. “Naar mijn overtuiging vormt het Europees Parlement geen doorsnee van de Europese bevolking, maar zo werkt het nu eenmaal.”
Europese bureaucratie
Ook de bureaucratie van de Europese Unie vormt volgens Roos een obstakel. ”Die bureaucratie is voor een groot stuk overbodig geworden en staat innovatie en vooruitgang in de weg.”
Hoe verder de Europese Unie integreert, hoe groter de bureaucratie, zegt Roos. En een verdere integratie is niet nodig, volgens de JA21-Europarlementariër. “Ik ben voor Europese samenwerking, maar dan wel vanuit de soevereine startpositie van de lidstaten.”
Een voorbeeld van goede samenwerking waarvoor de EU wel nodig is, is volgens Roos het Europees netwerk van hogesnelheidstreinen. “Dat kan je niet zelf. Dat is dus een mooi project om op Europees niveau te regelen.” Maar voor allerlei andere zaken is juist veel minder Europese samenwerking nodig, aldus Roos.
Weg met het Europees Parlement
Roos gaat zelfs zo ver dat hij eigenlijk het liefst zijn baan ziet verdwijnen. “Wat mij betreft schaffen we het hele Europees Parlement af en wordt het een zaak van nationale parlementariërs. Eén keer in de zo veel tijd zouden deze parlementariërs dan bij elkaar komen om beslissingen te nemen. In dat geval zouden we het hele Europees Parlement niet nodig hebben en zou de macht bij de nationale parlementen liggen.”
Op dit moment zit Roos goed, want zijn missie is nog lang niet klaar. Wel zegt hij zijn baan niet zo belangrijk te vinden als de meeste collega’s. “Voor mij is dit werk een podium waarmee ik mijn visie kan uitdragen en mensen kan informeren. Zo gebruik ik het ook en daar krijg ik energie van.”
Wie zijn de ‘nieuwe’ Europarlementariërs die na de verkiezingen van 2019 hun entree hebben gemaakt? Tijdens de kerstdagen introduceerden we al verschillende Europarlementariërs, lees hier wat Bart Groothuis (VVD), Lara Wolters (PvdA) en Samira Rafaela (D66) over hun werk vertelden. In deze rubriek zullen we nog andere Europarlementariërs aan het woord laten. Hoe bevalt het hen in Brussel?