Het wetsvoorstel voor een nieuwe EU Natuurherstelwet stelt bindende hersteldoelstellingen voor ecosystemen en soorten om de biodiversiteit in de Europese Unie te herstellen. In 2030 moet dertig procent van de natuur er beter aan toe zijn, tien jaar later zestig procent en over twintig jaar negentig procent. Nadat de concept-verordening in juni vorig jaar uitkwam, volgde een uitstelbriefje aan de Tweede Kamer. Dat is meestal een veeg teken van interne discussie. Drie maanden na publicatie van het voorstel kwam het eerste Nederlandse standpunt, het ‘fiche’ (kamerbrief) met de beoordeling van het nieuwe commissievoorstel (BNC).
In die brief was het kabinet al kritisch op het het betwiste ‘verslechteringsverbod’. Dat houdt in dat herstelde leefgebieden van diersoorten, ook op landbouwgrond of stedelijk gebied, niet achteruit mogen gaan. Zowel de regering als de meerderheid van de Tweede Kamer vrezen dat het dus moeilijker zal worden bouwvergunningen uit te geven. Volgens de Europese Commissie valt het mee en komt er maar 200 vierkante kilometer bij de al bestaande 162 Natura 2000-gebieden, daar geldt sowieso al een verslechteringsverbod. Maar het kabinet is daar niet gerust op: natuurherstel kan de energietransitie, infrastructuur, landbouw en visserij ernstig hinderen door allerlei juridische procedures.
Alarmbellen
De concept-EU-wet wordt al maanden behandeld in de Europese Milieuraad en de voorportalen daarvan. Dat vergt veel afstemming, want voor Nederland staan drie bewindspersonen voor ‘milieu’ aan de lat: Vivianne Heijnen (CDA) voor water, D66er Rob Jetten voor klimaat en VVD-natuur-en stikstof-minister Christianne van der Wal.
De Europese Commissie doet als gebruikelijk veel om het eigen schrijfproces toe te lichten. Nog voor het eerste beleidsdebat tussen de landen tijdens de Milieuraad van 20 december 2022 kwam de afdeling milieu en natuur van de Europese Commissie met een powerpoint presentatie voor Kamerleden, te downloaden van de parlementaire website. Ook de provincies roeren zich; zo had de provincie Fryslân al voorjaar vorig jaar inbreng geleverd voor de openbare raadpleging van de Europese Commissie die toen al schreef aan eerste teksten. Dat is relevant, want regio’s staan aan de lat voor natuurbeleid. Namens federale lidstaten als België en Duitsland onderhandelen ze zelfs mee in de Raad.
Die kans om de consultatie in de schrijffase te benutten pakten ook vijf andere Nederlandse organisaties, zoals de veen- en de vlinderstichting. Die organisatie heeft nu ook een brandbrief ondertekend van natuurorganisaties. Bij Minister Van der Wal gingen de alarmbellen pas af in september, toen ze, zoals ze in het Financieel Dagblad vertelt, lucht kreeg van de conceptwet. Daar waren ambtenaren van de Europese Commissie toen al bijna twee jaar mee aan de slag. Onze bewindspersoon was zelfs, naar eigen zeggen, ‘de eerste die dit [de alarmbel] in Europa aan de orde stelde’.
Motie BBB
Daarna volgden veel Kamerbrieven en -debatten waarin het kabinet zich uitsprak tegen meer ‘Europese rompslomp’. Ook de Tweede Kamer, die de minister met een instructie op pad stuurt, is verdeeld over de inzet. Natuur-bezorgde partijen zoals GroenLInks en PvdD, D66 en Volt stellen bezorgd dat de klokt tikt voor herstel van onze natuur. Maar in april werd een motie van Caroline van der Plas (BBB), die het kabinet opriep zich tegen dit verslechteringsverbod te verzetten, aangenomen met 85 stemmen, tien meer dan nodig voor de meerderheid.
Kamerlid Tjeerd de groot (D66) maakte daarentegen duidelijk dat de verordening welkom is, omdat eerdere richtlijnen (Europese wetten die moeten worden omgezet in nationale wetgeving) niet voldoen. Hij stelde: ’Wij zullen dus tegen die verordening stemmen. Dit is geen stemverklaring, maar dan weet u dat vast.’ Die uitspraak is waarschijnlijk een foutje van het Kamerlid óf de redacteur van de ‘Handelingen‘. De Groot bedoelde te stemmen tegen een kritische motie over de kabinetsinzet. Over de natuurherstelverordening stemt ons nationale parlement immers niet; dat doet het Europees Parlement.
In dat kader had Caroline van der Plas in ditzelfde Kamerdebat nog een interessant voorstel. Ze vroeg de minisister per brief te rapporteren over de manier waarop hij Eurocommissarissen als Timmermans en Sinkevicius ‘of welke bewindspersonen dan ook, gekozen volksvertegenwoordigers niet met stemadviezen benaderen’. Er zou op een slinkse wijze in het EP zijn gelobbyd door natuurorganisaties.
Dit is relevant, nu ook onze bewindspersonen in het Europees Parlement opduiken. Als er daar wordt gesproken over een tekst van de ‘lidstaten’ is Nederland onderdeel van het compromis. Maar dat weerhoudt individuele landen niet van bezoeken en gesprekken aan de gekozen Europarlementariërs om argumenten te wisselen of zorgen te uiten. Op 9 mei, Europadag, was minister Van der Wal zelf in Brussel en sprak met rapporteur Cesar Luena (S&D).
Afgeschoten
Die rapporteert op zijn twitteraccount over de voortgang die dezer dagen over de wet tussen de 27 EU-ambassadeurs wordt gemaakt. De onderhandelingen zijn inmiddels op dit punt aanbeland, nadat de tekst maanden in raadswerkgroepen van ambtenaren van de natuur- en milieuministeries is uitonderhandeld. Daar is geen sprake van nationale veto’s; boven de vergadering hangt altijd de schaduw van de gewogen meerderheid die nodig is voor overeenstemming. Die lijkt er te zijn, bericht de minister de Kamer en die is onvoldoende als het gaat om het verslechteringsverbod.
Tijdens de Milieuraad van 20 juni zal het Zweedse voorzitterschap de positie van de landen willen vaststellen via een zogeheten Algemene Oriëntatie. Op 14 juni praten de Kamerleden over de Nederlandse inzet, da’s dan weer de Kamercommissie Infrastructuur en Milieu.
Ondertussen gaat ook de behandeling in het Europees Parlement door. Inmiddels is het plan in de landbouwcommissie afgeschoten. De grote EVP fractie met de kabinetspartijen ChristenUnie en CDA is tegen. Europarlementariër Esther de Lange (CDA) was uitgesproken in de media: ze vindt het stuk onduidelijk; en tegelijkertijd te streng en te gedetailleerd. Ze wil eerst dat de huidige impasse opgelost wordt [stikstofcrisis, red.], voordat er nieuwe regels bovenop komen. Maar het is de milieucommissie van het Europees Parlement, die volgende week bepaalt of het akkoord door mag naar de volgende fase: een stemming in het voltallige Europees Parlement tijdens de plenaire week in Straatsburg in juli. De liberale fractie Renew, waar ook de van mening verschillende VVD en D66 deel van uitmaken, is verdeeld, zodat het politiek spannend wordt.
Vervolgens zal in de tweede helft van 2023 de zogenaamde triloog, dat zijn onderhandelingen, starten tussen de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad. Er is haast bij want vanaf maart 2024 richt de voltallige Europese politiek zich op de verkiezingen van juni. Komt de wet voor Natuurherstel er niet of wel?