In het plan staan de hervormingen en investeringen die Nederland van plan is uit te voeren met het geld uit het Europees herstelfonds. Met de maatregelen die Nederland volgens het plan gaat nemen verwacht het kabinet daar ruim 4,7 miljard euro uit te ontvangen.

Zes pijlers

Het Europees herstelfonds stelt een enorm pak geld ter beschikking om investeringen en hervormingen in heel de Europese Unie te ondersteunen. Het ondersteunt de lidstaten om sterker uit de coronacrisis te komen en de groene en digitale transitie veilig te stellen. Van de 4,7 miljard gaat in Nederland de helft naar de klimaatmaatregelen en bijna een kwart naar het versnellen van de digitalisering.

Naast deze twee kernpunten is het Nederlands herstelplan opgebouwd uit nog vier pijlers, namelijk de verbetering van de woningmarkt met een focus op het vernieuwen van gebouwen, versterking van de arbeidsmarkt, pensioenen en toekomstgericht onderwijs, versterking van de volksgezondheidssector en de paraatheid voor pandemieën, en de aanpak van belastingontduiking en witwaspraktijken.

Dit jaar nog geen geld

Voordat Nederland het geld op de rekening krijgt, gaat eerst de Europese Commissie het voorstel nog beoordelen. Daarna moet ook de Raad Economische en Financiële zaken instemmen met het voorstel. Die Raad bestaat uit de EU-ministers van Economische Zaken en van Financiën (ook wel Ecofin genoemd).

Minister van Financien Sigrid Kaag (D66) verwacht dat de Europese Commissie het pakket wel zal goedkeuren. Daar heeft de Commissie nu ruim twee maanden de tijd voor. Als daarna de EU-ministers van Economische Zaken en van Financiën in de Ecofinraad ook instemmen met het plan, kan Nederland naar verwachting de definitieve overeenkomst nog voor 31 december dit jaar tekenen. In het voorjaar van 2023 kan dan de eerste geldaanvraag gedaan worden.