“Dat laat onze kracht zien”, vertelt minister Beljaarts van Economische Zaken in de wandelgangen van een Europese bijeenkomst in Brussel. Samen met België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Oostenrijk, Polen en Spanje wil hij een vuist maken om minder afhankelijk te worden van landen buiten de EU. “Dat we kunnen zeggen: dat doen we zelf. Dat we niet afhankelijk zijn van China of de Verenigde Staten.”
Coalitie
Volgens de minister is het belangrijk. Een aantal jaar geleden konden we zien dat de productie van auto’s terugviel omdat er te weinig chips beschikbaar waren. Het merendeel van die chips werd in Azië geproduceerd, waardoor Europese bedrijven moesten wachten.
Hoewel Nederland het voortouw heeft genomen bij het opzetten van de coalitie wil Beljaarts niet per se dat nieuwe productie ook in Nederland komt. “Daar hebben we de ruimte niet voor en ook de energie is een probleem.” Hij geeft wel toe dat het denken vanuit de grote chipsproducent ASML is begonnen. Nederland heeft recent ongeveer 2,5 miljard op tafel gelegd zodat het bedrijf in Nederland zou blijven.
Geld op tafel
Door een Europese industrie op poten te zetten hoopt het kabinet dat de fabrikant in Nederland en Europa blijft. Uiteindelijk is het de bedoeling dat Brussel ook geld op tafel legt. Zo ver is het nog niet, geeft de minister toe. Eerst moeten de plannen op papier gezet worden. Dat zal voor de zomer gebeuren.
“We hebben afgesproken om eerst op te schrijven hoe we de productiecapaciteit kunnen vergroten. Daarna gaat het over het geld. Maar alle ministers hebben dezelfde problemen. Private investeerders staan niet in rijen van tien om te investeren, klaar.”
Volgens de minister willen nog vier landen meedoen met zijn coalitie en is ook de Europese Commissie enthousiast.
Elke twee weken krijg je een glasheldere uitleg over het spannendste economische en financiële nieuws uit de Europese Unie. Neem nu een abonnement en ontvang deze nieuwsbrief de eerste maand gratis!