Ministers onder de loep: Wie was afwezig in Brussel?

Brusselse Nieuwe heeft de aanwezigheid van de ministers het afgelopen halfjaar onder de loep genomen. Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken) en Sigrid Kaag (Financiën) waren het vaakst aanwezig in Brussel, Piet Adema (Landbouw) en Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) werden het meest gemist.

3 min. leestijd

In de periode van 1 januari 2023 tot en met de val van het kabinet op 8 juli, kwamen Europese vakministers 49 keer bij elkaar (Raden) waarbij in totaal 36 keer een Nederlandse minister aanschoof. 13 keer liet een minister het overleg in Brussel schieten.

Hoekstra en Kaag het vaakst in overleg met Europese collega’s

Niet elke minister hoeft even vaak in Brussel te zijn. Over het algemeen zijn de meeste ministers er wanneer ze er moeten zijn, dat is ongeveer twee keer per half jaar.

De minister van Buitenlandse Zaken, Hoekstra, is er natuurlijk vaker. Hij vertegenwoordigt het kabinet bij de Raden van Algemene Zaken en die van Buitenlandse Zaken. Bij de tien bijeenkomsten waar hij normaal zou zijn, was hij er acht keer bij.

Ook de minister van Financiën, Sigrid Kaag, pleegt vaak overleg met haar Europese collega’s. Ze neemt deel aan de Ecofinraad, de bijeenkomst van de EU-ministers van Financiën. En ook aan de Eurogroep, waarin de EU-ministers van Financiën van de eurozone met elkaar overleggen. Ook zij had tien keer een overleg het afgelopen halfjaar, waarvan ze er maar zes heeft bijgewoond. Drie daarvan waren bij een Ecofinraad. Deze vinden altijd één dag na de Eurogroep plaats. In plaats van twee dagen, was ze er in dat geval dus maar één dag.

Afwezige Adema werd gemist

Piet Adema, de minister van Landbouw, miste drie van zijn vijf formele overleggen met zijn Europese collega’s. Zijn afwezigheid kwam hem op kritiek te staan. Hij had het in Nederland onder andere druk met het onderhandelen over een landbouwakkoord het afgelopen halfjaar. De grote afwezigheid van de minister van Landbouw is opvallend, vanwege de discussie rond de hervormingen in de landbouw en de rol die Europese regels daarbij spelen.

Adema is niet de enige die in Brussel gemist wordt. Minister Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) miste twee Europese vergaderingen. Ze was het afgelopen halfjaar bij geen enkel formeel overleg met haar Europese collega’s aanwezig. Ministers Liesje Schreinemacher (Buitenlandse Handel) en Conny Helder (Langdurige Zorg en Sport) lieten ook eenmalig hun Europese afspraak lopen. Voor Helder was het haar enige afspraak. Schreinemacher, die op 4 mei verstek liet gaan, was er drie weken later wel bij.

Vervanging

Wanneer een minister niet bij een overleg kan zijn, wordt hij vervangen door iemand van de Permanente Vertegenwoordiging. Vaak was dat de EU-ambassadeur namens Nederland, Robert de Groot. Hij was vijf keer de vervanger bij een Europees overleg afgelopen halfjaar, voornamelijk als het ging over economische thema’s. Het kabinet heeft hem nu voorgedragen als vicepresident van de Europese Investeringsbank (EIB). Ambassadeur Michael Stibbe verving zes keer een minister.

Verantwoording onderzoek

In het onderzoek is alleen gekeken naar de aanwezigheid van formele overleggen. Ministers overleggen vaak ook informeel en bilateraal, een overleg tussen twee landen. De aanwezigheid van de ministers is onderzocht op basis van de deelnemerslijsten. Deze zijn verkregen via de vergaderkalender van de Europese Raad. De Europese toppen, waarbij premier Mark Rutte doorgaans aanwezig is, zijn buiten het onderzoek gelaten.