Bedrijfsleven: ‘Europese wetten verslechteren concurrentiepositie’

Het Nederlandse bedrijfsleven maakt zich zorgen om de concurrentiepositie van de EU in de wereld.

2 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

Door Europese wetgeving neemt de regeldruk op bedrijven toe en wordt er, volgens het bedrijfsleven, gekeken naar andere landen om zich te vestigen.

Door Europese privacywetgeving kunnen bijvoorbeeld bepaalde AI-programma’s niet in Europa ontwikkeld worden. Het zorgt voor irritatie. Andere landen experimenteren ermee en doen kennis op. Europa betaalt er straks voor, maar kan het zelf niet ontwikkelen.

Hetzelfde geldt voor technieken om gewassen resistent te maken. In plaats van gewassen te kweken kan er met DNA-technologie sneller een gewas geproduceerd worden dat resistent is tegen bepaalde ziektes. In de EU mag daar weinig mee gedaan worden, terwijl buiten de EU de technologie verkend wordt.

Ketenaansprakelijkheid

Ook Europese wetgeving inzake ketenaansprakelijkheid die onlangs aangenomen werd, kan problemen opleveren volgens bedrijven. Bedrijven worden volgens de wetgeving verplicht uit te zoeken waar de grondstoffen van hun producten vandaan komen. Zijn die grondstoffen bijvoorbeeld gewonnen door kinderarbeid of hebben ze bijgedragen aan ontbossing, dan kunnen bedrijven een boete krijgen. PvdA-Europarlementariër Lara Wolters heeft zich in het Europees Parlement hier hard voor ingezet.

De verantwoordelijkheid ligt bij de bedrijven zelf en dat betekent: meer mensen aannemen en dus hogere kosten. Daarnaast moeten leveranciers ook meewerken. En dat doen ze volgens de bedrijven niet altijd even graag. De hogere kosten worden naar alle waarschijnlijkheid doorberekend. Dat betekent dat prijzen in winkels verhoogd worden.

Natuurherstel

Ook de natuurherstelwet verslechtert de concurrentiepositie, zeggen bedrijven. Als de wet aangenomen wordt, moet er meer natuur beschermd worden. Bedrijven vrezen dat er opnieuw een vergunningenstop komt zoals dat ook gebeurde bij de stikstofcrisis.