Samenwerking als paardenmiddel tegen cocaïnesmokkel

4 min. leestijd
Many tons of illegal drug are kept hidden as in this warehouse in Latin America

De oplossing voor de grote hoeveelheden cocaïne die jaarlijks de havens van Rotterdam en Antwerpen binnen komen, ligt in een betere samenwerking tussen Europa en Latijns-Amerikaanse landen. Dat vindt naast de burgemeesters van Rotterdam en Antwerpen ook minister van Veiligheid en Justitie Dilan Yesilgöz (VVD).

“Nederland moet minder coke snuiven”, liet de Colombiaanse president Márquez gisteren aan het Europees Parlement in Straatsburg weten. Ferme taal, die volgt op een week van wederzijdse bezoeken van Europese afgevaardigden aan Zuid- en Midden-Amerika.

Vorige week waren de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb en zijn Antwerpse ambtsgenoot De Wever op bezoek in Latijns Amerika, vandaag bezoekt president Márquez de Rotterdamse haven, met onder meer Aboutaleb en Koning Willem Alexander. Daarnaast verstuurden Aboutaleb en De Wever gisteren een brief aan de Nederlandse en Belgische overheid. Doel: het cocaïneprobleem een halt toeroepen. Minister Yesilgöz belooft maatregelen en meer geld.

De kern van de brief van Aboutaleb en De Wever is in één woord samengevat: ‘samenwerking’. Samenwerking in de breedste zin van het woord: zowel op internationaal niveau tussen de landen waar het geproduceerd en gedistribueerd wordt, als tussen de Europese lidstaten. Rotterdam en Antwerpen zijn havensteden waar op grote schaal cocaïne wordt gesmokkeld. Dat wordt via de twee havens over het Europese achterland verspreid.

Aanbevelingen

Aboutaleb en De Wever doen in hun brief een aantal in het oog springende aanbevelingen: in de eerste plaats een ‘robuuste politionele- en justitiële aanwezigheid in Latijns-Amerika’. Een Nederlandse politiemacht richting de producerende landen dus, die daar actief kan onderzoeken hoe de transportlijnen naar Nederland lopen.

Daarnaast zetten Aboutaleb en De Wever ook in op Europese samenwerking. Bijvoorbeeld door middel van samenwerkingsakkoorden tussen douane en politie. Ook technologische innovaties zijn nodig om het containervervoer beter te reguleren. Eerder werd al bekend dat er voor 40 miljoen euro aan investeringen gedaan moet worden om de containers beter te controleren.

Tropisch Fruit

Een woordvoerder van de gemeente Rotterdam laat weten dat Aboutaleb en De Wever ook inzetten op een 100% controle van tropisch-fruitcontainers uit zogenaamde risicolanden. Dat zijn naast Colombia bijvoorbeeld bekende doorvoerlanden als Panama en Costa Rica. Daar worden de drugs niet geproduceerd, maar wel verscheept naar Europese bestemmingen.

Daarnaast ligt er ook een verantwoordelijkheid bij de landen waar de drugs vandaag verstuurd worden, vindt de gemeente Rotterdam. Over specifieke maatregelen doen ze geen uitspraak, maar een woordvoerder benadrukt dat Aboutaleb en De Wever vooral naar hun eigen verantwoordelijkheid kijken. Ook hier is samenwerking het sleutelwoord: de beide havensteden moeten intensief samenwerken met de landen waar de drugs vandaan komen. Alleen dan lukt het om het probleem op te lossen.

Drugscriminaliteit in de Rotterdamse haven is al langere tijd een groot probleem. Een groot onderzoek van de Erasmus Universiteit uit 2019, waarin aanbevelingen worden gedaan voor de aanpak van drugscriminaliteit, vormt een belangrijke peiler onder het beleid van de gemeente. Wat Rotterdam daar al uit had overgenomen, wordt nu aangevuld met een bredere internationale aanpak. Uit het onderzoek van de Erasmus Universiteit kwam dat als belangrijke aanbeveling naar voren. En omdat de cocaïnesmokkel niet afneemt, is het volgens Aboutaleb en De Wever tijd aan om aan die aanbeveling gehoor te geven.

Reactie Yesilgöz

Minister Dilan Yesilgöz (VVD, Justitie en Veiligheid) schrijft in een reactie op de brief van burgemeester Aboutaleb dat er extra geld vrijkomt voor het tegengaan van de drugssmokkel. Het totale bedrag is nog niet bekendgemaakt, maar naast structurele plannen komt ze snel met extra budget om wat aan de situatie te doen.

Yesilgöz wil net als Aboutaleb inzetten op meer samenwerking met landen als Colombia. ‘Georganiseerde criminaliteit lossen we als land niet alleen op’, schrijft ze. Op korte termijn wil Yesilgöz in gesprek met Aboutaleb en De Wever, om over hun bevindingen uit Zuid-Amerika te praten. Zo hoopt Nederland stapje voor stapje wat te doen aan de internationale cocaïnehandel.