Politieke jongeren | De jongerentak van het CDA (CDJA) is klaar met het platslaan van Europa “Het is tijd voor inhoudelijke discussie”

De Europese verkiezingen staan voor de deur. Deze verkiezingen worden gezien als een belangrijk moment voor de toekomst van Europa. Hoe kijkt de “volgende” generatie aan tegen Europa? Wij spraken met een aantal jongerenpartijen over Europa en hun visie over “het Europese project”,  deze keer met de jongeren van het CDA , het CDJA.

4 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

 “Europa ademt christendemocratie. Christendemocratie ademt Europa”, begint Kevin Klinkspoor, voorzitter van het CDJA, als hij over de Europese visie van het CDJA vertelt. “Europa gaat over alles, van je eigen leefomgeving tot digitalisering. Wij kijken open, maar ook kritisch naar de Europese ontwikkelingen”, vervolgt Klinkspoor.

Sjors Verhage, bestuurslid politiek & internationaal bij het CDJA, onderbreekt Klinkspoor. “We geloven dat lidstaten zo veel mogelijk moeten doen wat ze zelf kunnen. Maar we zien wel dat in de huidige tijd de problemen soms zo groot en grensoverschrijdend zijn dat we dat Europees moeten regelen. Hoe we dat doen, dat is de kernvraag.”

“We zijn Europeanen en dat moeten we accepteren”

“We moeten af van de discussie of we wel of niet in de EU willen. We zijn Europeanen en dat moeten we accepteren. Het gaat er nu om dat we de discussie gaan voeren welke bevoegdheden waar moeten liggen en hoe we Europa de komende jaren vormgeven”, vertelt Klinkspoor.

Ze willen het dus over inhoudelijke praktische zaken hebben die Europeanen aangaan. “De oorlog in Oekraïne bijvoorbeeld, dat heeft gevolgen voor alle lidstaten op allerlei terreinen. Het zou raar zijn als we daarin niet samenwerken met de landen om ons heen”, stelt Klinkspoor. “Hetzelfde geldt voor de natuurherstelwetgeving. Stikstof houdt zich niet aan grenzen. Dus moet je de samenwerking zoeken. Maar hoe we het aanpakken, dat moet centraal gaan staan deze verkiezingen”, vult Verhage aan. “Op al deze punten vertegenwoordigen wij natuurlijk het christendemocratische geluid.”

Hervormingen nodig in Europa

Het CDJA vindt wel dat er hervormingen nodig zijn in de EU. “Het mag wat democratischer. Europa is zo enorm van belang is voor de burger. Dat mag je dat ook zichtbaarder maken, en de invloed van de burgers mag groter zijn” stelt Verhage.

Het CDJA hecht waarde aan de “eenheid in diversiteit”. Tegelijkertijd zien ze Europa wel als een blok op het wereldtoneel. “Het vetorecht op buitenlandbeleid mag wat ons betreft eraf”, stelt Klinkspoor. “Ook is het van belang dat we onze eigen opgestelde interne regels goed handhaven. Als we vooruit willen als unie, moeten we daadkrachtig zijn, dus moeten we ook onze eigen problemen aanpakken. Als Hongarije en Polen de regels niet naleven, moeten we ze aanpakken. Hetzelfde geldt overigens voor Nederland.” vult Verhage aan, “en dat geldt ook voor eventuele nieuwe toetreders. De toetredingsregels zijn heilig. Die moeten nageleefd worden. Als dat het geval is, mogen landen lid worden, maar geen uitzonderingen.”

Lovend over Europarlementariërs, kritisch op landelijke lijn

Het CDJA is zeer te spreken over het werk van de CDA-fractie in het Europees Parlement. “We zijn een factor van belang, denk bijvoorbeeld aan Esther de Lange die vicevoorzitter is van de Europese christendemocratische fractie EVP. Dan tel je echt mee. Daarnaast zijn de Europarlementariërs goed benaderbaar en drukken ze hun stempel op Europese wetgeving”, meent Klinkspoor.

Over de landelijke lijn van het CDA jegens Europa zijn de twee minder positief. “We mogen meer uitgesproken vóór Europa zijn”, stelt Verhage. “Het anti-Europese sentiment voert soms nog de boventoon in de Nederlandse politiek. Wij willen juist de discussie willen voeren over hoe het in Europa moet. Het CDA mag zich beter profileren op het fundament wat er staat en de bijdrage van onze partij en mensen daarin.”

EU verkoopt zichzelf niet

Niet alleen op de moederpartij is het CDJA kritisch. “De EU en de Nederlandse overheid moeten zelf ook het goede voorbeeld geven en zich profileren op het punt wat Europa bereikt” vindt Klinkspoor. “Als het beeld is dat je elke maand onnodig verhuist naar een andere stad, met enorme kosten, moet je dat misschien niet meer doen. Als je projecten financiert als EU mag je best wat meer eer opeisen. De EU doet heel veel, maar weet het nog niet goed te verkopen.”

Dat heeft ook invloed op hoe jongeren ernaar kijken en de opkomst bij verkiezingen, stelt Klinkspoor. “Het is aan ons om de inhoudelijke discussie te voeren en onze standpunten te delen. Maar het moet dan wel duidelijk zijn waar het allemaal over gaat. En dat is veel. Denk bijvoorbeeld aan de papieren rietjes, infrastructurele projecten, natuurbescherming, noem maar op, maar dan moeten we wel echt stoppen met het platslaan van de discussie over Europa.”