Een reis door Europa is met een elektrische auto nu nog niet altijd zonder obstakels. Daar wordt in Brussel nu aan gewerkt, met als doel: van “laadstress” een fenomeen uit het verleden maken.

Obstakels

Er zijn nu een paar problemen waarmee je met een elektrische auto te maken krijgt, schetst Nagtegaal. Nederland zit relatief goed in de laadpalen, maar over de grens is dat nog niet altijd zo. Zo zijn er lang niet overal in de Europese Unie genoeg laadpalen beschikbaar voor lange reizen, laden duurt vaak langer dan zou hoeven en betalen aan de paal is ingewikkeld doordat er verschillende systemen met bijbehorende laadpassen zijn. 

Die problemen moeten worden opgelost met een nieuwe wet. Met de elektrische toekomst in zicht wordt er in Brussel gewerkt aan regels voor de publieke laadinfrastructuur met de Alternative Fuel Infrastructure Regulation (AFIR). Het doel: zonder ‘laadstress’ op vakantie of op reis, schetst Nagtegaal.

Met de nieuwe wet wordt er een minimum gesteld aan laadpalen, op basis van de elektrische vloot in een land. De ene laadpaal is de andere niet: voor langere reizen is het belangrijk dat er snelladers langs de snelweg staan. Reizigers hoeven dan niet uren langs de kant van de weg te staan, maar moeten na een kwartier weer door kunnen rijden.

Tesla’s laadpalen

Voor Tesla-rijders zijn er de supercharge-stations, verspreid over Europa. Met name West-Europa is via deze stations goed bereisbaar: van de ene naar de andere Teslapaal kom je van Utrecht naar Rome. Die snelladers liggen vaak een paar minuten van de snelweg, en zijn met tijdelijke uitzondering van Nederland, Frankrijk en Noorwegen uitsluitend voor Tesla’s. Dat is uitzonderlijk: Tesla is het enige automerk met zo’n eigen laadinfrastructuur. Het bedrijf kan, als het dat wil, de laadpalen openstellen voor andere auto’s door betaalverkeer mogelijk te maken. 

Aan die exclusiviteit zou mogelijk een einde kunnen komen met de nieuwe regels uit Brussel, legt Europarlementariër Nagtegaal uit. Belangrijke onderdelen van de zogeheten AFIR zijn toegankelijkheid van betalen en ‘roaming’: contact tussen laadpalen en laadpassen. Waar betalen bij een Teslapaal zonder Tesla nu vaak onmogelijk is, moeten gebruikers straks gewoon met hun pinpas of telefoon aan de paal kunnen betalen. 

Nagtegaal verwacht dat Tesla binnenkort wellicht zelf de superchargers al openstelt voor een breder publiek. Er zit “enerzijds een mooie drive achter”, constateert ze, maar “anderzijds zit er ook voor hen een verdienmodel in: ze verkrijgen hiermee relevante data, bijvoorbeeld over de snelheid waarmee andere auto’s laden”. Daarnaast wordt het (terug)verdienmodel aantrekkelijker, omdat de laadpaal vaker kan worden gebruikt, vertelt Nagtegaal.

Lidstaten aan de bak

Er waren al richtlijnen voor laadinfrastructuur, maar de AFIR wordt nu een verordening. Kortom: “Dat betekent dat de lidstaten nu echt aan de bak moeten, want de doelen zijn bindend”, legt Nagtegaal uit. 

De VVD-Europarlementariër zet in de transportcommissie in op een “nationale coördinator voor de uitrol van schone brandstoffeninfrastructuur”. Die kan dan de verbinding leggen tussen lokaal en nationaal bestuur, en de lijnen leggen tussen het landsbestuur en de EU. Met zo’n coördinator zou er ook gelijk iemand zijn die toezicht houdt op de uitvoering van de nieuwe regels.

Over de laadpaalregels wordt in juli gestemd in de transportcommissie van het Europees Parlement, na de zomer zal het voorstel door alle Europarlementariërs worden beoordeeld.

De toekomst is, als het aan Europarlementariërs ligt, elektrisch. Of van waterstof. Lees hierover meer: ‘Verbod verbrandingsmotor een stap dichterbij‘