Beljaarts benadrukt het belang van een sterke economie voor de bestaanszekerheid en koopkracht van Nederlandse burgers. “Een stabiele Nederlandse economie kan niet zonder een goed vestigingsklimaat,” aldus de minister. Hij zal in Brussel pleiten voor Europese stappen om groei, innovatie en concurrentievermogen te stimuleren.
Zijn focus ligt op vier hoofdpunten: het versterken van de interne markt, het verminderen van regeldruk, strategisch industriebeleid en verdieping van de kapitaalmarktenunie. Naast de officiële bijeenkomst plant Beljaarts een-op-eengesprekken met zijn Duitse, Italiaanse en Finse collega’s.
“Al 20 jaar muurvast”
Femke Zeedijk (NSC) vraagt of de minister bereid is initiatief te nemen met welwillende collega’s voor de kapitaalmarktenunie. Deze unie zou de financiële markten van de lidstaten beter integreren, wat kan leiden tot meer investeringsmogelijkheden voor bedrijven en spaarders. Beljaarts gaf aan dat Nederland de voorkeur geeft aan een EU-brede oplossing, maar als dat niet lukt, is Nederland bereid om met een kopgroep van enkele lidstaten alvast te starten.
Zeedijk dringt aan bij de minister om de komende dagen al concrete stappen te zetten in Brussel, gezien de lange duur van de impasse. Beljaarts erkent de uitdaging, maar vraagt om geduld: “Wetende dat het echt tijd kost om dat logge apparaat in beweging te krijgen.”
Ecosysteem-denken als Nederlands speerpunt
Minister Beljaarts zet in op het promoten van het Nederlandse concept van ‘ecosysteem-denken’, zowel binnen de EU als met individuele lidstaten in een ‘coalition of the willing‘, wederom met een kopgroep dus. Dit innovatieve concept draait om het creëren van sterke, geïntegreerde netwerken waarin onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven nauw samenwerken.
Door het vormen van thematische clusters, bijvoorbeeld rond technologie of duurzaamheid, ontstaan er krachtige innovatie-ecosystemen. Deze aanpak heeft in Nederland al geleid tot succesvolle samenwerkingsverbanden, zoals de hightech campus in Eindhoven. Beljaarts ziet kansen om dit model op Europees niveau te stimuleren, wat de innovatiekracht en het concurrentievermogen van de hele EU ten goede zou komen.
ASML
Claire Martens-America (VVD) maakt zich zorgen over de onderlinge concurrentie binnen de EU om bedrijven aan trekken, met name rond grote spelers zoals ASML. Ze verwijst naar situaties waarbij het “een kwestie is van wie de grootste zak geld op tafel legt, zodat het bedrijf het land van herkomst verlaat.”
Beljaarts stelt dat Nederland er om die reden geen voorstander van is om de Europese staatssteunregels te versoepelen. Hij erkent echter dat gerichte steun soms nodig kan zijn voor de groene en digitale transitie.
EU van binnenuit slopen
Joris Thijssen (GL/PvdA) grijpt de kans om aan Rachel van Meetelen (PVV) te vragen of de minister, die ook van PVV huize is, nu naar Brussel wordt gestuurd om “de EU van binnenuit te slopen”. Iets waar partijleider Geert Wilders immers voor pleitte nadat de PVV haar nexit-standpunt had laten varen.
Van Meetelen zegt dat dit niet de missie van PVV-ministers is. “We willen wel Europese samenwerking, maar we willen niet nog meer macht en geld overhevelen naar Brussel.”
Joris Thijssen (GL/PvdA) uit twijfels over de onderhandelingspositie van Nederland in Brussel, gezien de recente standpunten van het kabinet over lagere EU-afdrachten, de mestuitzondering en de opt-out op asielbeleid. “Wat denkt de minister dan te halen bij de EU op de aanstaande raad? Wat heeft hij te geven en met wie gaat hij optrekken?” Met deze opstelling rest enkel nog de Hongaarse premier Viktor Orbán als bondgenoot van Nederland, aldus Thijssen.
