Interview | Jan-Willem van Putten lokt tech-talenten de Brusselse bubbel in

Jonge tech-talenten weglokken bij grote bedrijven als Google, en ze vervolgens naar Brussel sturen om te lobbyen voor betere technologie-reguleringen. Het klinkt als een sterk verhaal, maar Jan-Willem van Putten doet het. En met succes.

5 min. leestijd

De technologische sector ontwikkelt zich enorm snel. Zeker met de komst van kunstmatige intelligentie. De overheid loopt vaak achter de feiten aan, in tegenstelling tot grote bedrijven die zich hier continu mee bezighouden. “De expertise zit niet bij de overheid, maar vaak aan de andere kant,” is wat Jan-Willem van Putten opviel toen hij voor de Nederlandse overheid werkte. “De grote bedrijven hebben ook niet per se het beste met de mensen voor. Ze zijn natuurlijk niet kwaadaardig, maar ze streven gewoon naar winstmaximalisatie. Dat zien we bijvoorbeeld met de sociale media, dat heeft ook niet altijd positief voor ons uitgepakt.” Denk hierbij aan depressie bij jongeren veroorzaakt door sociale media, of internetverslaving.

De Brusselse bubbel in

Om daar tegenwicht aan te bieden heeft hij Training for Good mede opgericht. Die sturen jonge talenten de Brusselse bubbel in met een missie: betere technologie-regulering. Hij kwam op dat idee toen hij Charity Entrepreneurship studeerde in Londen. Daar worden mensen opgeleid om ondernemingen te stichten die van de wereld een betere plek maken. Zoiets wilde Jan-Willem ook gaan doen, maar dan zonder de training. Eerder vanuit het idee: de juiste mensen op de juiste plek plaatsen.

Abonneer je nu op de nieuwsbrief Digi & Data

Zo heeft Jan-Willem veel contact met denktanks, maar ook met mensen binnen de Europese Commissie en politici. Training for Good leidt jonge talenten op en plaatst ze in een denktank. Denktanks zijn organisaties waar adviseurs of wetenschappers zich richten op bepaalde onderwerpen en daar dan over publiceren. Daar schrijven deze jonge talenten dan beleidsaanbevelingen en praten ze met beleidsmakers. Op die manier oefenen zij invloed uit op het beleid. 

Training for Good geeft ook een beetje training. Vooral om mensen bekend te laten maken met de Europese Unie omdat ze alleen maar mensen van buiten de bubbel naar binnen lokken. “De meeste mensen hebben geen kennis over hoe de Europese Unie werkt, dus daar worden ze wel in getraind.” Niet de studenten van College of Europe natuurlijk, maar eerder de studenten met een master in Society and Technology aan de Universiteit Twente. Aan hen moet eerst uitgelegd worden hoe wetgeving werkt in de EU en dat de Raad van Europa en de Europese Raad toch echt twee verschillende dingen zijn.

Effect

Training for Good heeft ook daadwerkelijk effect. “Ik durf wel te zeggen dat verschillende deelnemers van ons bijvoorbeeld erg nauw betrokken zijn geweest bij de AI-wet. Sommigen werkten bij de denktanks die de Europese Commissie adviseerden tijdens het hele proces, zoals bij CEPS, een denktank die zich richt op EU-beleid. Ook zijn een paar van onze mensen echt voor de Commissie gaan werken. Ook zij hebben heel wat invloed gehad op de totstandkoming van het wetsvoorstel,” zegt Jan-Willem van Putten.

Wij wilden dat bedrijven verantwoordelijkheden kregen, en niet alleen de gebruikers. “De gegevens waarmee AI getraind wordt, mogen niet bevooroordeeld zijn. Dat is altijd ons uitgangspunt geweest.” AI kan bevooroordeeld raken door de informatie waarmee het wordt getraind, omdat het net als een klein kind moet leren hoe de wereld in elkaar zit. Uiteindelijk gaat een gedeelte van de AI-wet over dit onderwerp. Het is dus een succes.

AI-wet

Jan-Willem is dan ook over het algemeen blij met de AI-wet. “Ik ben heel trots dat we als Europa de eerste regulering hebben. Het stelt eisen aan grote technologiebedrijven om transparant te zijn en goed te documenteren wat ze doen.” Waar hij wel benieuwd naar is, is of de wet ook effect zal hebben buiten de Europese Unie. Hij hoopt dat bedrijven buiten de EU hun producten aanpassen aan de veiligheidsnormen in de EU. Dat is in de VS al zo: daar voldoet kunstmatige intelligentie aan de EU-standaarden. Ook zullen bedrijven wellicht producten ontwerpen speciaal voor de EU, met AI die aan alle veiligheidsnormen voldoet, terwijl ze naar de rest van de wereld AI exporteren die niet aan al de veiligheidsnormen voldoet. “Dan zijn in elk geval de Europese burgers beschermd. Dan ben ik niet echt heel blij.”

Wel ziet Jan-Willem ook minder goede kanten aan de AI-wet. “Op sommige vlakken zijn er misschien iets te veel regels. En je mag kunstmatige intelligentie ook gebruiken voor het scannen van migranten.” AI wordt dan ingeschakeld voor gezichtsherkenning en om te beoordelen of iemand al dan niet gevaarlijk is. Dat mag niet bij EU-burgers, maar wel bij migranten. “Dat vind ik niet helemaal ethisch.”

“Dus is het perfect? Nee. Is het een goed begin? Ja. Ben ik blij dat het er is? Absoluut.” Vat hij mooi samen.

Nieuw project

Nu stopt hij wel binnenkort met dit werk bij Training for Good. Hij gaat zich volledig richten op The School for Moral Ambition, dat hij samen met onder andere Rutger Bregman heeft opgericht. Zijn huidig bedrijf gaat wel gewoon door met het werk. Er is een heel team en er is een goede vervanger gevonden voor hem.

Jan-Willem blijft wel bij zijn nieuwe project hetzelfde recept gebruiken: de juiste mensen op de juiste plek in Brussel. Niet elk programma bij The School for Moral Ambition heeft de link met Brussel, maar wel de programma’s waar Jan-Willem zich mee bezighoudt. Om niet in dezelfde vijver te vissen als zijn vorig bedrijf, gaat hij zich op andere onderwerpen richten dan de technologie. Welke onderwerpen dat precies zijn, mag hij nog niet zeggen. Dat komen we te weten tijdens de grote opening op 1 mei.