In Bakoe speelt de komende dagen één vraag: wie gaat de klimaatrekening betalen?

Vandaag is de grote klimaattop COP29 van start gegaan in Bakoe, Azerbeidzjan. Wereldleiders, ministers en andere genodigden praten hier de komende dagen vooral over één belangrijke kwestie: wie gaat alle klimaatambities betalen? En niet iedereen heeft daar zin in, blijkt uit de opvallend hoge afwezigheidsgraad.

4 min. leestijd

De 29e VN-klimaattop (COP29) draait eigenlijk maar om één ding: geld. Ontwikkelingslanden willen (veel) meer financiële steun van rijke landen, mogelijk wel 1.000 miljard per jaar, omdat zij vaak het zwaarst worden getroffen door de gevolgen van klimaatverandering.

Toch (of juist daarom) zijn opvallend veel wereldleiders en belangrijke vertegenwoordigers niet aanwezig. Onder andere de Amerikaanse president Joe Biden, de Franse president Emmanuel Macron en de Russische president Vladimir Poetin laten de top schieten. Zelfs voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen slaat de top over vanwege “politieke ontwikkelingen” in Brussel. Morgen vinden de laatste hoorzittingen met de kandidaat-Eurocommissarissen plaats.

Ook de Nederlandse premier Dick Schoof heeft zijn reis afgezegd vanwege “de grote maatschappelijke impact” van de gebeurtenissen in Amsterdam deze week. Nederland wordt nu vertegenwoordigd door klimaatgezant Jaime de Bourbon de Parme.

Hoe is het zo gekomen?

De internationale beloftes rond klimaatfinanciering stammen uit 2009. Toen spraken rijke landen, waaronder Nederland, af om vanaf 2020 jaarlijks 100 miljard dollar beschikbaar te stellen voor klimaathulp aan armere landen. Deze landen, die in het verleden de meeste broeikasgassen hebben uitgestoten, wilden zo laten zien ook verantwoordelijkheid te willen nemen voor de gevolgen.

Het probleem is echter dat dit bedrag pas in 2022 daadwerkelijk is gehaald. En met de inflatie van de afgelopen jaren, zou het inmiddels eigenlijk 150 miljard dollar moeten zijn om dezelfde impact te hebben als in 2009.

Daarnaast zijn de verschillen tussen sommige ‘rijke’ en ‘arme’ landen een stuk kleiner geworden. De ogen zijn vooral gericht China, dat nu nog geteld wordt als ontwikkelingsland, maar ondertussen wel de tweede economie ter wereld is. De EU wil dus dat de Chinezen ook gaan bijdragen. “We moeten er ook voor zorgen dat anderen, die in staat zijn te betalen, hun verantwoordelijkheid nemen”, aldus Hoekstra voorafgaand aan de top.

Ook gebruiken veel landen, waaronder Nederland, creatieve boekhoudmethodes om hun bijdragen op te hogen, blijkt uit een onderzoeksrapport van de Universiteit Tilburg. Ze rekenen bijvoorbeeld ook leningen en ontwikkelingshulp mee als ‘klimaatsteun’, terwijl die geldstromen niet altijd direct bijdragen aan de strijd tegen klimaatverandering.

En dan heeft Nederland nu juist net besloten diep in de ontwikkelingshulp te willen gaan snijden. Minister Klever heeft vandaag aangegeven aan dat er een miljard euro wordt geschrapt uit de fondsen voor ngo’s.

Energie  

Een ander heet hangijzer in Bakoe is de vraag hoe snel landen hun afhankelijkheid van fossiele brandstoffen kunnen verminderen. En ook dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Verschillende landen, rijk en arm, zetten stug door in hun pogingen om de olie en gas die ze nog hebben, uit de grond te krijgen. Ook Nederland heeft nog steeds plannen heeft om nieuwe gasvelden in de Noordzee te openen.

Dit staat recht tegenover het doel van de klimaattop. Vorig jaar werd er afgesproken hernieuwbare energie te verdrievoudigen en energie-efficiëntie te verdubbelen tegen 2030. Maar: uit rapporten van het Internationaal Energieagentschap blijkt dat de wereld momenteel slechts op koers ligt voor 2,7 keer meer hernieuwbare energie tegen 2030.

En er was een nog veel grotere mijlpaal. Er werd namelijk voor het eerst zwart op wit gezet dat de wereld “op een rechtvaardige, ordelijke en billijke manier afstand moet nemen van fossiele brandstoffen in energiesystemen.” Een historische stap, waarvan de komende tien dagen moet gaan blijken of we die ook echt gaan zetten.

Niet lopen maar rennen

COP29 belooft, ondanks de afwezigheid van wereldleiders zoals Biden en Macron, een cruciaal moment te worden in de strijd tegen klimaatverandering. Tijdens de openingsceremonie sprak Mukhtar Babayev, voorzitter van de top, met duidelijke urgentie: “Azerbeidzjan kan de brug bouwen, maar jullie moeten eroverheen lopen. Sterker nog, we moeten beginnen met rennen.”

Klimaat-Eurocommissaris Wopke Hoekstra speelt hierin een belangrijke rol, zeker gezien de afwezigheid van Von der Leyen. Gedurende de top zal hij zich inzetten voor het versterken van EU-leiderschap, het bevorderen van koolstofmarkten (zoals hij vandaag al deed) en natuurlijk de beruchte klimaatfinanciering. Want het doel van de COP29 is duidelijk: de tijd van praten is voorbij.