De wedergeboorte van de Europese geopolitiek

3 min. leestijd
symbol of geopolitics in the world with chess pieces. 3D illustration.

Aan al het moois komt ooit een einde, dus helaas ook aan de eindejaarsvooruitzichten van Brusselse Nieuwe. We sluiten de reeks af met een thema dat afgelopen jaar in één klap weer hoog op de Europese agenda kwam te staan: de geopolitiek. Lang was het een portefeuille die de lidstaten liefst zo veel mogelijk in eigen zak wilden houden. Maar toen het ondenkbare gebeurde en Rusland Oekraïne binnenviel, was het toch Brussel waar alle lidstaten naar keken. 

Sancties

Helaas is het woord van het jaar al gekozen, anders hadden wij graag ‘sanctiepakket’ genomineerd. Onder de Europese diplomaten zal het woord vooral de herinnering oproepen aan de hoofdpijn bij de zware onderhandelingen. Telkens wanneer Brussel een nieuwe Russische sector beperkingen wilde opleggen, lag een lidstaat dwars vanwege de eigen economie die door dat ene product hard getroffen zou worden. 

Toch wist Brussel de teller in 2022 op te laten lopen tot nummer negen. Onder het negende sanctiepakket mochten zo’n tweehonderd nieuwe Russen de EU niet meer binnen. Ook kwam er een exportverbod op materiaal dat gebruikt kan worden om drones te maken. Wat premier Mark Rutte betreft, mag er in 2023 ook nog “een tiende en elfde sanctiepakket komen.” Volgens hem zouden die “wel steeds kleiner worden omdat ze ook steeds fijner en doelgerichter worden.”

Een positieve kant aan deze moeizame onderhandelingen over de sanctiepakketten: Brussel trekt er lessen uit. De onderhandelingen over sancties tegen Iran verliepen immers veel vlotter. De sancties waren het antwoord op de bloedige wijze waarop Iran protesten de kop insloeg. Het land leverde ook drones aan Rusland. Prominenten uit het Iraanse regime mogen nu niet meer naar de EU reizen. Ook bevroor Brussel hun Europese vermogen.

Uitbreiding

Het werd een tijdje op een klein pitje gezet, maar door de geopolitieke spanningen kwam de toelating van nieuwe lidstaten tot de EU weer hoog op de agenda. Vooral op de Balkan was dat nodig. Deze landen begonnen de hoop op toetreding te verliezen. Hierdoor zagen Rusland en China een mooie kans om er hun invloedssfeer uit te breiden. 

Allereerst gingen de toetredingsgesprekken met Noord-Macedonië en Albanië officieel van start. Voor Bosnië en Herzegovina wisten de Tsjechen dan weer de status van kandidaat-lidstaat binnen te slepen, een eerste officiële stap van het toetredingsproces. Ook de Kosovaren kregen de belofte dat hun visumplicht per 1 januari 2024 wordt opgeheven. Daarover wordt komend jaar onderhandeld.

Niet enkel de Europese Unie was onderwerp van uitbreidingsgesprekken, ook de Schengenzone kwam weer in de schijnwerpers te staan. En hier was Nederland de boeman. Na een politiek spel op het scherpst van de snede, hield Nederland het been stijf en gebruikte zijn veto: Bulgarije en Roemenië mochten niet toetreden tot het Schengengebied.

Nederland beweerde dat Bulgarije niet alle anticorruptie- en rechtsstaathervormingen had doorgevoerd. Omdat Roemenië al open grenzen heeft met Bulgarije, mocht Roemenië ook niet toetreden. Volgens de Bulgaarse president Rumen Radev zouden de EU-leiders evenwel hebben beloofd dat Bulgarije ten laatste in oktober 2023 mag toetreden tot de Schengenzone.