De Europese ministers van Financiën hebben donderdag in Brussel een politiek akkoord bereikt over het versneld afschaffen van de belastingvrijstelling voor goedkope pakketjes van buiten de EU. Tot nu toe gold dat producten met een waarde onder de 150 euro zonder invoerrechten Europa binnen mochten komen. Die ondergrens verdwijnt al in 2026, twee jaar eerder dan gepland.
Miljoenen pakketjes
De maatregel moet de stroom van miljoenen pakketjes van webwinkels als Temu, Shein en Alibaba beteugelen. Volgens de Europese Commissie is 65 procent van die pakketjes ondergewaardeerd om invoerrechten te ontwijken. Dat zorgt niet alleen voor oneerlijke concurrentie met Europese ondernemers, maar ook voor extra milieubelasting en bergen afval. Buitenlandse bedrijven sturen hun goederen vaak in duizenden kleine zendingen om onder de grens te blijven.
De Deense minister van Economische Zaken Stephanie Lose, die de vergadering voorzat, sprak van “een belangrijke stap om een gelijk speelveld voor Europese bedrijven te creëren en de instroom van goedkope goederen te beperken”. “We zorgen ervoor dat invoerrechten vanaf de eerste euro worden betaald”, zei ze na afloop van de vergadering.
Nieuw systeem
Tot het nieuwe Europese douanesysteem, de zogeheten Customs Data Hub, in 2028 operationeel is, komt er een tijdelijke oplossing waarmee al vanaf 2026 invoerrechten op alle pakketjes kunnen worden geheven. Lidstaten werken de komende maanden uit hoe dat in de praktijk gaat gebeuren.
NSC-Europarlementariër Dirk Gotink, die namens het Europees Parlement onderhandelt over dat nieuwe douanesysteem, is blij met het besluit. “Het is een belangrijke stap om de oneerlijke concurrentie tegen te gaan en meer grip te krijgen op de instroom van goedkope pakketjes.” Volgens hem is het niet uit te leggen dat buitenlandse bedrijven worden vrijgesteld van btw en invoerrechten, terwijl Europese ondernemers daar wél aan moeten voldoen. “De vrijstelling moet zo snel mogelijk worden geschrapt. Dat is eerlijker voor onze bedrijven en noodzakelijk om het systeem houdbaar te houden.”
Standpunt
De Raad heeft met dit akkoord het standpunt van de EU-landen bepaald. De volgende stap is dat het Europees Parlement en de lidstaten in overleg gaan over de precieze uitvoering van de tijdelijke regeling. Pas daarna kan de Europese Commissie het wetsvoorstel formeel aanpassen, zodat de nieuwe regels begin 2026 kunnen ingaan.