Ze wilde de stem zijn van het bedrijfsleven in Brussel, niet die van grote bedrijven die alleen maar op winst uit zijn, maar juist de stem van bedrijven die mee willen gaan met de tijd, groen willen worden, maar daar een steuntje in de rug voor nodig hebben. Fabiènne Hendricks stond op plek 6 van de VVD-lijst voor de Europese verkiezingen en viel ondanks een groot aantal voorkeurstemmen toch net buiten de boot. Ze kreeg er 27.495. Daarmee leek ze niet alleen de nummer vier op de lijst, Lennart Salemink in te halen, maar ook Alisha Muller op plek vijf en zelf een plek te krijgen in het Europees Parlement. Maar wat bleek? Anouk van Brug (plek 9) kreeg zo’n 4.000 stemmen meer.
Hendricks kijkt terug op een goede campagne. Ze ging al vroeg bij bedrijven op bezoek en wist vooral in Limburg, ze komt zelf uit Maastricht, veel stemmen te halen. Was het haar gelukt, dan was Jeroen Lenaers (CDA) niet de enige Limburger in het Europees Parlement geweest. We kijken terug op de campagne van Hendricks: Wat bracht haar zover om mee te doen en zien we haar later wellicht nog terug?
Een kopje koffie
Haar politieke carrière begon toen ze als student op bezoek was bij haar ouders. Die woonden net over de grens bij Maastricht in België. En toen de deurbel ging en zij de deur opende stond ze tegenover Marino Keulen van de Belgische partij Open-VLD. “Wil je op mij stemmen?” was de vraag. “Dat kan ik niet”, zei ze wegens haar Nederlandse paspoort, “maar ik zoek wel nog een stageplek”, kreeg hij als antwoord van de jonge Hendricks. Ze mocht langskomen voor een koffie en voor ze het wist, werkte ze voor de Belgische minister aan de implementatie van het vrije verkeer van diensten in de Europese Unie.
Ze was European Studies student en viel direct midden in de Europese politiek. En dat beviel haar goed. “Ik ben opgegroeid in een tijd dat Europa steeds belangrijker werd”, legt ze uit. Ze zag als kind haar eigen stad overspoeld worden met regeringsleiders uit heel Europa om het te hebben over de toekomst van de Europese Unie. In 1992 werd daar immers het Verdrag van Maastricht getekend. Het wekte een interesse op die niet alleen haar studie en stage beïnvloede, maar ook haar keuze om zich decennia later verkiesbaar te stellen.
Bedrijfsleven
Toen de verkiezingen er aan kwamen en Hendricks bij zichzelf te rade ging of ze mee moest doen, werkte ze nog bij Tata Steel. Een grote staalproducent die wilde veranderen. “Ik keek naar de vraag wat de groene transitie betekent voor mensen op de werkvloer”, vertelt ze. “Wat moet een leidinggevende bijvoorbeeld anders doen om de omgeving van de fabriek schoon te houden?” Ze leerde er te verbinden met de critici. Omwonenden lagen in de clinch met Tata Steel. De fabriek zou te vervuilend zijn en dat leverde ook in de lokale cafés problemen op. De helft van het dorp waar de fabriek lag was boos op het bedrijf, de andere helft werkte er. “Ik leerde daar dat je zorgen serieus moet nemen, maar ook transparant moet zijn over wat je nu precies doet.”
Met die houding wilde ze ook in het Europees Parlement te werk gaan. Ze zag bedrijven er van langs krijgen in politieke discussies over de Green Deal, het ambitieuze plan van de Europese Commissie om Europa klimaatneutraal te maken. Bedrijven werden gezien als vervuilers en tegenstanders van de groene transitie, terwijl Hendricks wel degelijk een wil tot meewerken zag bij haar eigen bedrijf. “Ik wil juist laten zien dat bedrijven geen tegenhangers zijn van de Green Deal, maar partners”, stelt Hendricks. “Samen kun je hele grote stappen zetten, je hebt elkaar nu eenmaal nodig als bedrijfsleven en overheid.”
Hoopvolle campagne
En dat kon nergens beter dan in Brussel, dacht Hendricks een paar maanden voor de afgelopen verkiezingen. Ze wist plek 6 op de VVD-lijst te bemachtigen, niet slecht. De VVD peilde lager dan voorheen, maar zes zetels winnen was niet onmogelijk. Ze voerde dan ook een hoopvolle campagne en ging vooral bij bedrijven op bezoek. “Ik werd daar altijd met open armen ontvangen”, vertelt ze enthousiast. Ze was immers een Limburgse kandidaat en in de provincie die zich vaak als buitenstaander identificeert, scoort een kandidaat-Europarlementariër die Limburg wil representeren altijd punten. Daarnaast vonden bedrijfsleiders het ook wel handig om alvast contact te hebben met een potentiële politicus, geeft Hendricks toe.
Haar campagne leverde haar plekjes op aan de tafel van L1-journalist Maurice de Heus in zijn Europees programma Avondgasten. Maar ook voor debatten kreeg ze uitnodigingen. Ze stond naast Bas Eickhout bij het energiedebat in Delft en ze sloot zelfs aan bij een jongerendebat in Heerlen. Waar ze het als 40-jarige opnam tegen de jongste kandidaten van andere partijen.
Net niet genoeg
Het mocht uiteindelijk niet baten. Op donderdagavond, verkiezingsdag, volgde ze de exitpolls van de NOS. De VVD scoorde vier zetels en toen ze de zetelaantallen op het beeldscherm zag verschijnen dacht ze: ‘Ja, ik kan het wel vergeten’. Maar de dagen erna kwamen de uitslagen van gemeentes binnendruppelen en kreeg ze een telefoontje van een vriend. “Heb jij wel door dat je best veel stemmen haalt”, klonk het door de telefoon. Toen ze thuiskwam sprong ze achter de computer om zelf te gaan tellen en inderdaad, het ging hard. De nummer vier op de VVD-lijst Lennart Salemink had zijn verlies al aangekondigd op sociale media. En met iedere nieuwe publicatie van gemeente uitslagen kwam ze dichter bij een het behalen van een zetel.
“Maar naarmate we verder kwamen zag ik dat Anouk ook heel hoog stond”, zegt ze. Het werd krap voor de Limburgse kandidaat. Uiteindelijk kreeg Anouk van Brug 31.000 stemmen. Een teleurstelling, maar toch een persoonlijke overwinning vindt Hendricks. “Het is best ongebruikelijk dat twee mensen (op plek 6 en 9) toch zoveel voorkeurstemmen krijgen.” Vooral in Limburg heeft Hendricks goed gescoord. In haar eigen stad Maastricht kreeg ze meer stemmen dan lijsttrekker Malik Azmani en in andere Limburgse gemeenten kwam ze vaak als tweede naar voren. Ze bedankt daarvoor haar mede-VVDkandidaten Jacques Michel Bloi (plek 14) en Erik Becker (plek 16), waarmee ze vaak samen optrok.
Extra trots is ze op het feit dat de VVD juist in Limburg beter scoorde dan eerdere verkiezingen, terwijl de partij in de rest van Nederland juist aan populariteit verloor.
Maar wat nu?
Hendricks heeft in ieder geval veel vertrouwen in het nieuwe VVD-team in Brussel: “Ze gaan het goed doen. Maar wie weet, vijf jaar is lang.” VVD-Europarlementariërs kunnen opstappen. Wellicht krijgen ze een functie in Den Haag, tijdens de verkiezingen gonsde het in de Brusselse wandelgangen over mogelijke ministersposities voor Azmani of Bart Groothuis. Of ze schuiven in Brussel door zoals CDA-Europarlementariër Esther de Lange die voor Eurocommissaris Wopke Hoekstra ging werken. De hoop is dus nog niet opgegeven.
Voorlopig pakt ze haar werk, dat ze voor de campagne tijdelijk stil legde, weer op. Maar mocht er uiteindelijk plek komen in Brussel, dan is ze erbij.