De Raad Europese ministers Landbouw en Visserij was gisteren samen om het te hebben over de Europese bosstrategie voor 2030, een visserijquota voor 2022 en de markt voor landbouwproducten. Vooral dat laatste is interessant voor Nederland want het gaat niet goed met de varkensvleesmarkt. Gaat dit verhaal een staartje krijgen?
Varkensboeren komen in het gedrang
Carola Schouten, Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, informeerde de Tweede Kamer al eerder over de Nederlandse inzet met een kamerbrief. Hoewel de meeste sectoren in de landbouw een goed vooruitzicht hebben met prijzen die zich op, of zelfs boven, het langjarig gemiddelde bevinden, lijkt er één uitzondering: de prijs voor varkensvlees.
Het gaat sinds afgelopen zomer niet goed met de varkensindustrie – het meest gegeten vlees in Nederland in Europa – die kampt met veel onzekerheden door de coronacrisis. Nieuwe corona-maatregelen in andere lidstaten, hoge diervoederprijzen en de stijgende energieprijzen hebben een negatieve invloed op de marktsituatie.
Daarom roept minister Schouten de Commissie op om nauwlettend de ontwikkeling van de varkensmarkt in Europa te monitoren. Maar is dat genoeg om de meer dan 4000 varkenshouderijen in Nederland een hand boven het hoofd te bieden?
Boer en bond aan het woord
“De situatie in Nederland is niet best”, stelt Theo Duteweerd vanuit de auto. Maar ook in andere landen hebben varkenshouders het zwaar, de directeur van Producentenorganisatie Varkenshouderij had zojuist nog iemand aan de lijn uit een grensland die wist te vertellen dat er veel druk op de ketel staat.
Volgens Duteweerd hebben de varkenshouderijen te maken met een aaneenschakeling van uitdagingen. Veel daarvan zijn ontstaan door de coronacrisis: “Slachterijen moesten het met minder personeel doen, draaiden trager en het aanbod werd al snel te groot. Dat veroorzaakt druk op de markt. Daarnaast werd de export naar China ook belemmerd.”
“Daar komt dan nog de Afrikaanse varkenspest in Duitsland en de stiktofdiscussie in eigen land bovenop.” Kortom: prijstechnisch en maatschappelijk hebben de varkensboeren een zware tijd achter de rug.
Let wel: dit geldt niet voor iedereen. Een bio-varkensboer – die liever anoniem wenste te blijven – uit Noord-Brabant, weet te vertellen dat de bio-markt in varkensvlees een geheel eigen dynamiek heeft: “Wij voelen er eigenlijk bijster weinig van. Het gaat goed!”.
De toekomst tegemoet
Wat is dan een stap in de goede richting voor de toekomst van de varkenshouderij? Duteweerd: “Er moet iets structureel veranderen en dat begint bij minder produceren. Dat klinkt gemakkelijk, maar dat is het zeker niet”.
Toch is hij hoopvol: “Veel boeren zijn op zoek naar een exit: ze hebben geen opvolger of willen er gewoon mee kappen. Een nieuwe regeling die deze boeren daarbij kan helpen, het op een fatsoenlijke manier te beëindigen, daar zal animo voor zijn.”
Volgens Duteweerd is een verdere verduurzaming van de sector ook mogelijk: “Dat gaat met een directe inkomstensteun aan bedrijven die door willen”.