PVV verlaat coalitie: wat bereikte kabinet Schoof in Brussel en wat niet?

Van een vuist op tafel tot ‘The Caspar proposal’. Nu PVV zich terugtrekt uit de coalitie, maken we de Europese balans op: Wat bereikte kabinet Schoof in Europa en wat niet?

6 min. leestijd
Kabinet Schoof. (Foto: Rijksoverheid. Beeld: Valerie Kuypers).

PVV-leider Geert Wilders trekt zich terug uit de coalitie en de PVV-ministers treden af. Donderdag wordt meer bekend over hoe de leeggevallen ministersposten worden ingevuld. Wat wel duidelijk is dat de overige leden van het kabinet demissionair doorgaan. Dat doen ze niet alleen in Den Haag, maar ook in Brussel. Daar wilde de coalitie veel beleid veranderen, zo schreven ze eerder in het hoofdlijnenakkoord. We blikken terug op de zeven belangrijkste momenten voor de coalitie in Europa. Van het bezoek van Van der Plas aan de Commissie tot de plotselinge steun voor Caspar Veldkamp.

Vuist op tafel

We beginnen bij het begin, toen BBB-leider Caroline van der Plas nog voor het kabinet echt gevormd werd naar Brussel trok. Nederland moest wat vaker in Brussel met de vuist op tafel slaan, stelde Van der Plas met regelmaat, maar na haar bezoek klonk het anders. “Heel veel mensen hebben het idee dat wij hier even met de vuist op tafel gaan slaan: geef ons die derogatie terug, nu! Maar ik begrijp natuurlijk ook wel dat het niet zo werkt”, zei ze achteraf op de stoep naast de zijingang van de Commissie.

Van der Plas kwam dus van een koude kermis thuis. De toenmalige Eurocommissaris Sinkevicius (milieu) was er niet, ze moest het doen met zijn kabinetschef. Bovendien zou de Commissie vooral ingestemd hebben met het gesprek uit beleefdheid. Reden voor Van der Plas om haar toekomstige landbouwminister Femke Wiersma (BBB) vooral op het diplomatieke pad te sturen en de vuist achterwege te laten.

De ‘opt-out’ brief

We gaan verder de tijd in naar september 2024. In de brievenbus van de Europese Commissie belandt een belangrijke brief uit Nederland. Onderaan de brief: de handtekening van Marjolein Faber, de kersverse PVV-asielministers. In de brief de boodschap dat Nederland voor een opt-out zal vragen wanneer de EU-verdragen gewijzigd worden. Met zo’n opt-out zou Nederland dus uitgezonderd worden van Europese regels over migratie en asiel, een belangrijke wens van de PVV.

Het probleem met de brief? Er staat helemaal geen wijziging van de EU-verdragen op de planning. Die ‘wanneer’ zou dus pas over jaren van toepassing kunnen zijn. De brief is symboolpolitiek, concludeert Brussel. Daarnaast is het nog de vraag of de brief aan het juiste adres aankwam. Het is immers niet de Commissie die over eventuele opt-outs gaat, maar de raad waarin alle EU-landen vertegenwoordigd zijn. Toch hield Faber voet bij stuk: “Ik begrijp ook dat een opt-out een proces van de lange adem is, maar ik blijf daar wel op inzetten, omdat we het signaal daarmee versterken.”

Herbewapeningsplannen

En dan is er nog de beruchte motie Eerdmans. Nederland mocht niet instemmen met defensie plannen die geld zouden kosten, zei de Tweede Kamer, naar aanleiding van een JA21-motie. Geen nieuwe Europese leningen in wat voor vorm dan ook. Het probleem: premier Schoof had tijdens de Europese top al ingestemd met de Europese herbewapeningsplannen.

Het leidde tot een diplomatiek vraagstuk. Schoof zou, als hij de motie zou volgen, terug moeten naar Brussel en moeten toegeven dat hij iets te voorbarig zijn duim op stak. “Onverantwoord”, noemde de VVD het. Het zou Nederland buitenspel zetten in Brussel. Die lijn werd gedeeld door andere partijen in de kamer zoals D66 en GroenLinks-PvdA.

Nederland moest in Brussel een aparte houding aannemen. Positief tegenover de herbewapeningsplannen, want ja, Nederland wil ondanks de motie dat Europese krijgsmachten sterker worden, maar moest door de motie tegelijkertijd kritisch zijn. Inzetten dus op verantwoordelijk spenderen. Dat is gelukt volgens het kabinet, want met delen van de herbewapeningsplannen ging Nederland vorige week nog akkoord.

Aan tafel

Ondanks de ongelukkige samenkomst van Nederlandse politiek in internationale diplomatiek kon Schoof voor een partijloze, onervaren premier verrassend goed mee in Brussel. Schoof mocht zelfs aansluiten bij een spoedoverleg in Parijs over de Amerikaanse plannen voor vredesonderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland.

Naast Nederland schoven militaire grootmachten als Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Polen aan. Dat is niet niks voor een kersverse premier uit Nederland. Waar Nederland op het gebied van migratie Europees in de weg kon liggen, was dat als het om Oekraïne ging compleet anders.

Defensieminister Ruben Brekelmans (VVD) voegde zich regelmatig bij de kopgroep van EU-landen die Oekraïne wilden steunen. Denk aan de F-16 coalitie die het nieuwe kabinet doorzette.

‘The Caspar proposal’

Wie maakte nog meer naam in Brussel? Minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken). Eind mei wist Veldkamp genoeg EU-landen achter zich te krijgen om de Commissie te dwingen een onderzoek te starten naar Israël. Veldkamp vraagt zich af of Israël nog wel voldoet aan de voorwaarden vastgelegd in het associatieverdrag tussen de EU en Israël. De wekenlange blokkades van hulpgoederen voor de Gazastrook zouden niet overeenkomen met beloftes over mensenrechten.

Door de oproep van Veldkamp nam de EU voor het eerst een kritische houding aan tegenover Israël. Voorheen verwoordden EU-landen hun kritiek altijd erg voorzichtig. Zeventien landen steunen de oproep tot een onderzoek.

Overigens is het onderzoek niet Veldkamps plan, hij wist het er doorheen te krijgen. Eerder riepen Spanje en Ierland al op tot een onderzoek en vragen ook GroenLinks-PvdA en CDA er al langer om.

Kunstmestvervanger

Een ander opvallend onderwerp waar dit kabinet hard voor gelopen heeft in Brussel is de renure, oftewel kunstmest gemaakt uit dierlijke mest. Landbouwminister Femke Wiersma (BBB) hoopte de nieuwe uitvinding op Europees niveau goedgekeurd te krijgen. Dat zou boeren in staat stellen hun overschot aan mest te verkopen aan een bedrijf dat de mest weer omzet tot een soort dierlijke kunstmest. Daardoor komen boeren van hun overschot af en kan er goedkoop toch bemest worden.

Maar ondanks vele bezoeken aan Brussel lijkt het Wiersma dus toch niet gelukt. Ieder bezoek leidde tot dezelfde conclusie. ‘EU-landen staan er positief tegenover, maar er zijn nog steeds bezwaren’, vertelde Wiersma de pers steeds opnieuw. Met de val van het kabinet lijkt er voorlopig een eind te komen aan haar campagne voor renure.

Verloren kansen

Tenslotte, liet de coalitie de Lelylijn ontsporen. In de voorjaarsnota maakte het kabinet bekend dat een groot deel van de 3,4 miljard euro die was gereserveerd voor het spoornetwerk — 1,9 miljard euro om precies te zijn — aan andere projecten besteed zou worden. Bijvoorbeeld aan de Nedersaksenlijn tussen Groningen en Enschede.

Dit kwam voor veel lokale bestuurders in het noorden van het land als een harde klap. Vijf maanden eerder was de Tweede Kamer het namelijk nog unaniem eens: het gereserveerde geld voor de Lelylijn moest blijven waar het was.

Ook in Brussel werd verbolgen gereageerd. De Lelylijn was namelijk door de Europese Unie opgenomen in het TEN-T-netwerk (Trans-European Transport Network). Hierdoor kon Nederland, mits het met een goed onderbouwd plan zou komen, de Lelylijn deels financieren met Europese subsidie. En dat geld kon Nederland goed gebruiken: de totale kosten van de Lelylijn werden geschat op circa 13,8 miljard euro. Brussel had ongeveer 30 procent van die kosten voor haar rekening kunnen nemen. Nu het geld voor andere projecten is gereserveerd, is die mogelijkheid misschien wel van de baan.