Europa bevindt zich in een tijd van immense uitdagingen. De geopolitieke landschappen verschuiven, terwijl conflicten binnenlands en internationaal toenemen. Opkomende extreemrechtse bewegingen proberen de fundamenten van de EU te ondermijnen, een scenario waarvan Poetin graag gebruik zou maken. Klimaatverandering escaleert terwijl biodiversiteit afneemt. En de ontwikkeling van artificiële intelligentie zal de toekomst vormgeven.
In dit turbulente klimaat is een veerkrachtig Europa essentieel. Maar dit vereist een inclusieve aanpak. We kunnen het ons niet veroorloven om draagvlak te verliezen, sociale cohesie te verwaarlozen en bevolkingsgroepen achter te laten. Een Europees antwoord is nodig, vooral in tijden van transitie, waarin investeringen in een socialer Europa cruciaal zijn.
Huisvesting, eerlijke arbeidsmarkt en onderwijs
Er zijn drie cruciale gebieden waarop de EU moet focussen: huisvesting, een eerlijke arbeidsmarkt en onderwijs. De wooncrisis is wijdverspreid in Europa, met een toenemend aantal daklozen, onbetaalbare huisvesting voor middeninkomens en jongeren die langer thuis blijven wonen. Voormalig Italiaans premier Enrico Letta noemde de wooncrisis in zijn invloedrijke rapport “Much More than a Market” een belemmering voor een goed functionerende interne markt.
Ook op Europees niveau moet er een verschuiving komen van woningmarktbeleid naar volkshuisvesting, met meer ruimte voor de bouw van middenhuur-woningen. Arbeidsuitbuiting van migranten binnen de EU is onacceptabel. Het vereist Europese minimumnormen voor arbeidsrechten, sociale zekerheid en de bestrijding van schijnzelfstandigheid. Ook moeten we de sociale rechten van platformwerkers implementeren. Tijdens economische tegenspoed moet je op sociale voorzieningen niet bezuinigen, maar juist versterken.
Onderwijs speelt een sleutelrol in het voorbereiden van de Europese beroepsbevolking op de veranderende werkgelegenheid. Een proactieve aanpak, inclusief bijscholing en omscholing, is nodig om te zorgen dat Europeanen hun plaats vinden in de digitale economie van de toekomst.
Eén Europese staatsschuld
De huidige begrotingsregels belemmeren echter de noodzakelijke investeringen. Landen hebben met het politieke akkoord van februari dit jaar al wat meer ruimte gekregen waarbij landen meer tijd hebben om hun huishoudboekje op orde te krijgen. Dit is al een stap in de goede richting, maar nog niet goed genoeg. De vastgestelde limieten van een begrotingstekort van maximaal drie procent en een staatsschuld van maximaal zestig procent van het bbp zijn gehandhaafd. Echter deze percentages zijn arbitrair en niet gebaseerd op solide argumenten. Het vergelijken met landen als de VS of Japan, waar staatsschulden veel hoger zijn, toont aan dat deze limieten niet cruciaal zijn voor economische stabiliteit.
Als er sprake zou zijn van één Europese staatsschuld wordt het makkelijker om ook een hogere schuld ten opzichte van het bbp te kunnen dragen. Dit heeft mede te maken met hoe divers de economie van de EU is opgebouwd en daarmee ook een grote draagkracht heeft. Hiermee zou je in de toekomst crisissen als de eurocrisis, en de hieruit voortkomende bezuinigingen op publieke en sociale infrastructuur, kunnen voorkomen.
Eurobonds
Verder blijkt al uit eerder uitgegeven eurobonds in testen dat deze zwaar overschreven worden. Daardoor is er voldoende vraag naar en neemt de kans af dat landen die nu al toegang hebben tot financiering tegen lage kosten meer rente gaan betalen voor hun leningen. Dit is dan ook een belangrijke stip op de horizon. De komende jaren zal blijvend bediscussieerd moeten worden of en onder welke voorwaarden, overgegaan wordt tot permanente eurobonds. Hierbij zal men onder meer moeten kijken naar meer divergentie in begrotingspolitiek. Dit om te voorkomen dat landen misbruik maken van de extra financiële ruimte.
Ook op korte termijn zijn al hervormingen nodig. Door landen nu ook meer ruimte te geven bij het maken van investeringsplannen voor de arbeidsmarkt, huisvesting en onderwijs kunnen we een sterker fundament voor de Europese economie leggen. Gerichte eurobonds voor de gezamenlijke financiering, vanuit de Europese begroting, in de grote transities van het moment, kunnen hier ook bij helpen. Zo kunnen eurobonds worden uitgegeven voor specifieke investeringen in verduurzaming (denk aan woningisolatie), arbeidsmarktverbeteringen en onderwijs. Hierdoor wordt de EU sociaal sterker. De benodigde investeringen zijn immers ook zo groot dat lidstaten dit afzonderlijk niet kunnen dragen.
Een socialer Europa vereist een heroverweging van begrotingsregels. Door meer flexibiliteit toe te staan en te investeren in cruciale gebieden als huisvesting, arbeidsmarkt en onderwijs, kan Europa sterker en veerkrachtiger worden in een steeds veranderende wereld.