Menno Snel had drie concurrenten in de race voor de Europese topbaan. Tijdens een eerste stemming onder de ministers van Financiën van de eurolanden kreeg Menno Snel de minste stemmen. Daarop besloot hij zich formeel terug te trekken. De andere mannen, kandidaten uit Portugal, Luxemburg en Italië maken nog kans.
Het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) is een noodfonds, opgericht in 2012. Het is bedoeld om landen in zwaar weer uit de brand te helpen met leningen, zodat de euro en de eurolanden stabiel blijven. De deelnemende landen staan garant voor de leningen van het fonds.
De oud-staatssecretaris was, na een gesloten procedure bij het ministerie van Buitenlandse Zaken, door het kabinet voorgedragen als Nederlandse kandidaat voor de functie. Er waren bij het ministerie nog andere kandidaten in de race, maar Snel werd uiteindelijk naar voren geschoven.
Vanwege zijn ervaring bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF), waar hij van 2011 tot 2016 als bewindvoerder werkte, en de Waterschapsbank, was hij volgens het kabinet een goede kandidaat. Volgens Kaag “ontstijgt” Menno Snel de klassieke tegenstellingen van Zuid- en Noord-Europa in financieel beleid. Daarom zou hij voor een meerderheid van de eurolanden een goede kandidaat zijn. Snel is in Nederland bekend als de staatssecretaris van Financiën die aftrad vanwege het toeslagenschandaal.
Bellen, pitchen en stemmen
De nieuwe directeur van het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) wordt gekozen door de ministers van Financiën van de eurolanden, zij zijn allemaal gouverneur van het noodfonds. De huidige directeur, de Duitser Klaus Regling, loopt binnenkort tegen het einde van zijn termijn.
De ministers hebben de afgelopen tijd belletjes ontvangen van de kandiderende landen, vertelt Kaag in Brussel. Tijdens de vergadering van euroministers hielden Kaag en haar collega’s nog een pitch van hun kandidaat. De Nederlandse pitch was dus niet wervend genoeg.
De stemmen van de gouverneurs zijn niet allemaal evenveel waard: de financiële bijdrage van landen aan het fonds bepaalt de zwaarte van de stem. Duitsland is met bijna 27 procent van het totale ESM-budget verreweg de grootste bijdrager. Nederland draagt 5,6 procent bij, en staat daarmee op plek vijf.
