Kersverse CU-Europarlementariër Anja Haga trekt naar Brussel als “christen met een groen hart”

Met veertien jaar Europees Parlement op zijn naam verraste ChristenUnie-Europarlementariër Peter van Dalen deze zomer vriend en vijand door zijn vertrek aan te kondigen. Aan de volgende Europese verkiezing kon hij niet deelnemen omdat zijn partij maximum drie mandaatperioden toestaat. Door nu al het stokje over te dragen, kan opvolger Anja Haga zich alvast inwerken om in juni de lijst te trekken.

4 min. leestijd

In Friesland kennen ze Anja Haga al als voormalig Statenlid, in Arnhem als voormalig wethouder. Vervolgens nam ze zes jaar lang een politieke pauze om voor Staatsbosbeheer aan de slag te gaan. Ze omschrijft zichzelf dan ook als “een christen met een groen hart”, die ook plasticvrij leeft. 

In Brussel zal haar naam echter nog niet al te veel belletjes doen rinkelen. Brusselse Nieuwe maakte deze week kennis met haar in Straatsburg, waar ze voor de eerste keer deelnam aan de plenaire stemming. Want hoe verloopt dat eigenlijk, zo’n eerste week in het Europees Parlement?

“Een rijdende trein waar iedereen op full speed zit”

Niet al te spectaculair, vertelt Haga ons. “Het is vooral veel formulieren ondertekenen, om onder andere je lidmaatschap en contracten voor assistenten te regelen. Verder is het foto’s maken, met journalisten praten en kennismaken met de andere Nederlandse Europarlementariërs en met Europarlementariërs die op dezelfde onderwerpen zitten.”

Een groot ceremonieel welkom hoef je als kersverse Europarlementariër dan ook niet te verwachten: er zat maandag niet meer in dan een dienstmededeling dat er een nieuwe collega is gestart. “Je rolt er gewoon in, je loopt mee en gaandeweg ben je ineens onderdeel van het geheel”, zegt Haga. Wat het extra uitdagend maakt, is dat haar collega’s al wel zijn ingewerkt. “Je stapt op een rijdende trein, waar iedereen al op full speed zit, terwijl ik nog op snelheid moet komen.”

Toch wist ze tussen de praktische rompslomp van haar eerste week door al wel meteen de handen uit de mouwen te steken. Zo ontving ze een Pakistaanse en Indische delegatie om het over geloofsvrijheid te hebben, een van de hoofdonderwerpen van haar voorganger Peter van Dalen die ze overneemt. In de mensenrechtencommissie van het Europees Parlement, die dat thema overkoepelt, lijkt het ook al zo goed als zeker dat ze co-rapporteur wordt over de rol die bedrijven spelen onder een nieuw mensenrechtenverdrag met de Verenigde Naties.

Voor vissers of voor het milieu opkomen?

Maar Van Dalen zal vooral herinnerd worden als voorvechter van de pulsvisserij. Zijn zetel in de Parlementaire visserijcommissie neemt Haga ook over. “Maar de accenten die ik daar leg, zullen per definitie anders zijn dan die van Peter omdat ik er andere onderwerpen ga behandelen.”

Haga wil zich inzetten voor het plasticvrij maken van onze zeeën. Zelf leeft ze ook plasticvrij. Verder gaat ze, los van de commissies waarin ze zit, de huidige trend van Europese migratiedeals kritisch volgen. Denk aan die met Tunesië. Of ze niet vreest zich daar onpopulair mee te maken binnen de eigen EVP-fractie? “Neen. Ook daar zijn ze gebaat bij goede migratie-afspraken. Zo kunnen mensen die echt opvang verdienen dat ook op een humane manier krijgen. En het kan zeker beter en soepeler dan hoe het nu gaat.”

Maar is het niet moeilijk om een Europarlementariër op te volgen die het steevast opnam voor de visserij terwijl ze zelf lang bij Staatsbosbeheer werkte en duidelijk ecologische ambities heeft? Haga vindt het een valse tegenstelling: “Juist de visserij is gebaat bij goed natuurbeheer op zee. Pas als je het ecologisch goed aanpakt, heb je een goede visstand.”

“Politiek heeft mijn hart”

Gezien haar eerdere rol als adviseur over de Green Deal voor Van Dalen, hoeven die groene ambities niet te verbazen. Die functie scheelt haar overigens heel wat op vlak van inwerken: “Ik ben nieuw, maar niet helemaal nieuw. In de praktijk heb ik al kunnen zien hoe het wetgevend proces in grote lijnen werkt. En gewoon letterlijk de weg weten in het gebouw doet ook al veel.” 

Daarbovenop kan ze ook nog eens terugvallen op een postgraduaat Europese studies. De politieke ambities zitten er dan ook duidelijk al sinds jong in: “Er zat toen al in het achterhoofd dat ik ooit naar het Europees Parlement wilde. En dan is het fijn om gedegen kennis te hebben.”

“Politiek heeft mijn hart sowieso”, wat twintig jaar politieke ervaring op regionaal niveau, maar ook bij het partijbureau illustreren. “Op een gegeven moment leek het Europees Parlement mij een mooie plek om een bijdrage aan de samenleving te leveren. Het gaat hier echt over inhoud en niet over de waan van de dag. Je moet je goed verdiepen in je onderwerpen. Ze zijn vaak langjarig.”

Is dat een hint dat ze net zolang in het Parlement wil zetelen als voorganger Van Dalen? “Ik zou hier maximaal drie termijnen van vijf jaar kunnen zitten (volgens de ChristenUnie-statuten), wat ik wel erg lang vind. Maar als het aan mij ligt, zit ik hier wel voor de langere termijn. En uiteindelijk is dat ook aan de kiezer!”