Fel Europees verzet tegen kweekvlees, hoewel sector nog in “kinderschoenen” staat

Opeens is kweekvlees een hot topic in de Europese gelederen. Het zou een bedreiging vormen voor de traditionele landbouw. Sommige landen willen het zelfs niet als voedsel zien. En dat terwijl de sector letterlijk alleen nog maar in het lab bestaat. Vanwaar al deze onrust? En is die terecht?

5 min. leestijd
De kweekvleesburger van Mosa Meat. Bron: Redwan Farooq / Mosa Meat

Veel landen zien in de opkomst van kweekvlees een bedreiging voor de landbouw. Frankrijk, Italië en Oostenrijk schreven zelfs een brief vol harde standpunten tegen kweekvlees, voorafgaand aan de landbouwraad van vorige week. Veel lidstaten ondersteunden deze brief, en ook Piet Adema gaf aan zo zijn “zorgen” te hebben.

“We moeten op een hele zorgvuldige manier met kweekvlees omgaan”, stelt hij. “Het mag niet zo zijn dat dierlijke eiwitten straks volledig vervangen worden door kweekvlees en de reguliere landbouw verdrongen wordt”, aldus Adema na afloop van de landbouwraad, de bijeenkomst van EU-ministers van Landbouw.

Zo wordt kweekvlees al naar het verdomhoekje verwezen voordat de sector werkelijk bestaat. Want let wel: het verkopen of zelfs maar laten proeven van een in een lab opgekweekte burger is verboden in de EU. De enige landen ter wereld die de productie van kweekvlees (op kleine schaal) hebben toegestaan zijn de VS, Singapore en Israël.

Kweekham

In tijden van grootschalige boerenprotesten spelen er wel meer landbouwproblemen in Brussel, maar de angst is groot. Zo zijn er zorgen over de “diervriendelijkheid” en de “reële koolstofvoetafdruk” van kweekvlees. Maar de voornaamste angst is dat kweekvlees een bedreiging voor “echte voedselproductiemethoden” zou vormen. “De kern van het Europese landbouwmodel”, aldus de briefschrijvers.

Hieruit blijkt dat het om meer gaat dan alleen gezondheid of concurrentie voor de traditionele landbouw. De cultuurverandering die bij kweekvlees komt kijken, jaagt de meesten angst aan. Zeker in landen waar traditionele voeding en productiemethoden deel uitmaken van de nationale identiteit, zoals Frankrijk en Italië. Die willen niet zomaar dat hun foie gras of carbonara-spekjes straks uit een lab komen.

Dit valt ook op te maken uit de antwoorden van Adema. “Vergeet niet dat veel voedsel dat op dit moment wordt geproduceerd, sterk cultureel bepaald is. Denk bijvoorbeeld aan streekproducten, waar dan ook bepaalde normen voor gelden”, vertelt hij. “Ik kan me daarom best voorstellen dat bijvoorbeeld producenten van parmaham niet willen dat hun product vervangen wordt.” Geen kweekham, dus.

Proeverijen

En dat terwijl Nederland toch een beetje de bakermat is van kweekvlees. In 2013 lukte het de Maastrichtse onderzoeker Mark Post als eerste ter wereld een burger op te kweken uit vleescellen in een lab. Hij zette zijn project voort en bestiert nu Mosa Meat, dat diervriendelijke en duurzame kweekburgers algemeen verkrijgbaar wil maken. Het Delftse Meatable is bezig met een vergelijkbare missie, maar dan met worstjes.

In Nederland zitten ondertussen een aantal proeverijen in de pijplijn. Hiervoor heeft minister Adema in 2023 toestemming gegeven. Mosa Meat en Meatable mogen in een gecontroleerde setting een aantal mensen van hun producten laten proeven.

Toekomstmuziek

Omdat kweekvlees een ‘novel food’ is, is er op Europees niveau uiteindelijk toestemming nodig om het op de markt te brengen. “Voordat bedrijven die procedure ingaan, willen ze hun product eerst wel laten testen,” aldus Thijs Geijer, econoom op het gebied van voedsel en landbouw bij de ING.

“Kweekvlees staat dus echt nog in de kinderschoenen, het is nog nauwelijks een sector te noemen”, stelt hij. “Zelfs wanneer kweekvleesproducten die toestemming bemachtigen, kost het nog heel veel tijd en geld voordat ze de infrastructuur hebben om op grote schaal te produceren.”

“Als we kijken naar de vleesvervangers die nu in de schappen liggen, zien we dat het marktaandeel daarvan nu zo rond de zes procent ligt,” vertelt Geijer. En dat terwijl die sector als sinds de jaren vijftig bestaat, en de afgelopen decennia een flinke vlucht naar voren heeft genomen.

De Europese angst dat vleesvervangers de gangbare landbouw zouden kunnen verdrijven, lijkt dus ook in die zin echt nog (verre) toekomstmuziek. “Al kan het natuurlijk geen kwaad om ons als Europa voor te bereiden op de komst van kweekvlees en te bedenken waar we naartoe willen”, volgens Geijer.

Duik in het diepe:
Ook wat betreft duurzaamheid zijn er nog wel wat vraagtekens. Waar bij diervriendelijkheid het voordeel vrij duidelijk is – bedrijven als Mosa Meat en Meatable werken zonder dat daar materiaal van geslachte dieren aan te pas komt – , is de uiteindelijke milieubelasting nog lastig te meten. Uit een studie van CE Delft blijkt dat kweekvlees heel klimaatvriendelijk kan zijn. Zo is er bijvoorbeeld nauwelijks water en land nodig in vergelijking met echt vlees. Wel moeten producenten wel nog wat energie-efficiënter gaan werken. “Maar aangezien er momenteel nog helemaal niet op een grote schaal wordt gewerkt, mag je verwachten dat daar nog winst te behalen is,” aldus Geijer.

Nederland (kweek)vleesland

Wat kweekvlees wel anders maakt dan andere vleesvervangers, is dat de concurrentie met veeboeren directer is. “Zij zijn nu de enige toeleveranciers aan de vleesindustrie, en dus zou kweekvlees voor boeren wel een echte bedreiging kunnen vormen,” stelt ook Geijer.

De gangbare landbouw staat van allerlei kanten onder druk. In steeds meer lidstaten gaan boeren de straat op met een flink eisenpakket. In die zin fungeert de discussie rondom kweekvlees dus een beetje als een bliksemafleider. Al ligt het nog (lang) niet op ons bord, alle onrust in Europa maakt het wel interessant om nu al stelling te nemen.

De woorden van Adema laten zien hoe hij voorzichtig heen-en-weer schippert tussen twee kampen. Nederland innovatieland ziet graag dat kweekvlees een vlucht neemt en stimuleert proeverijen buiten Brussel om. Maar Nederland vleesland – we zijn de grootste vleesexporteur in de EU – wil het beslist houden bij een “aanvulling op het bestaande systeem”.