Europees Parlement stemt tegen verbod op onbetaalde stages

2 min. leestijd

Een voorstel voor het uitbannen van onbetaalde stages heeft het niet gehaald in het Europees Parlement. Het voorstel sneuvelde met 293 stemmen voor, tegenover 377 tegenstemmen. De Nederlandse Europarlementariërs Agnes Jongerius (PvdA) en Kim van Sparrentak (GroenLinks) stonden op de boeg bij dit voorstel.

Geen verbod, wel oproep tot actie

Het uitbannen van onbetaalde stages is onderdeel van een bredere resolutie over de toekomst van de Europese jeugd, die het wel gehaald heeft. Daarin wordt de Europese Commissie opgeroepen te zorgen dat stages waardevolle leerplekken zijn, en niet neerkomen op onbetaalde arbeid. Geen verbod dus, wel een ‘herziening’. Met die oproep kan de Commissie nu aan de slag.

Tijdens het debat over de resolutie wezen nagenoeg alle Europarlementariërs op de zware tijd die jongeren in de pandemie hebben doorgemaakt. ‘Heel veel jonge mensen hebben online hun studiegenoten moeten ontmoet, of zijn hun eerste baan achter de laptop begonnen’, aldus Kim van Sparrentak (GroenLinks).

Over het afschaffen van onbetaalde stages zei Agnes Jongerius (PvdA): ‘Wie wil er aan het eind van de maand betaald worden met een boekenbon? Niemand’. Onbetaalde stages zijn ‘een vorm van arbeidsuitbuiting’, aldus Jongerius.

Teleurstelling en enthousiasme

De Europese Sociaaldemocraten zijn teleurgesteld in het sneuvelen van het verbod, laten ze online weten. De Groenen benadrukken dat het Parlement zich wel kritisch heeft uitgelaten over onbetaalde stages. Al had GroenLinks gehoopt op meer, laat een woordvoerder weten. Ook de PvdD, D66 en Peter van Dalen (ChristenUnie) waren voor het verbod.

‘Gelijkheidskader’ wordt herzien

Margarítis Schinás, vicevoorzitter van de Commissie, beloofde tijdens het debat over de resolutie dat het ‘gelijkheidskader voor stages bij de Commissie wordt herzien’. De onbetaalde stages bij de Europese Commissie, benadrukt hij nog wel even, ‘zijn een weg naar een baan, een plek om te leren’.