Duurzaam verbouwen, moet dat nu wel of niet ‘van Brussel’?

3 min. leestijd
De wet voor klokkenluiders komt volgens minister Ollongren te laat, door de ingewikkelde materie.

Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken krijgt een Europese richtlijn die het gebruik van duurzame energie in Nederland moet opschroeven niet op tijd door het parlement. Uitgerekend regeringspartij VVD ligt dwars over een verplichting die het kabinet aan huizenbezitters wil opleggen om bij een grote renovatie ook te investeren in duurzame energie zoals warmtepompen of zonnepanelen.

De VVD wil bij monde van Kamerlid Daniël Koerhuis dat huizenbezitters juist financieel geprikkeld worden om duurzaam te renoveren. Maar minister Ollongren beroept zich met haar keuze voor een verplichting op het beruchte argument: het moet van Brussel. 

Richtlijn zonder richting

Dat roept meteen de vraag op: hoeveel richting geeft een richtlijn eigenlijk? Europese richtlijnen zijn op zich dwingende voorschriften, maar moeten omgezet worden naar nationaal recht. En daarbij komt meer kijken dan het vervangen van het briefhoofd van de Europese Commissie door dat van Koning Willem-Alexander.

Het geval van de richtlijn voor het gebruik van hernieuwbare energie is hier een mooi voorbeeld van. Deze richtlijn is een juridisch complexe tekst van meer dan tweehonderd pagina’s waar de verschillende politieke systemen in 27 lidstaten mee uit de voeten moeten kunnen. Veel voorschriften zijn voorzien van nadere voorwaarden, specificaties en uitzonderingen.

Eis of geen eis, dat is de vraag

Het meningsverschil tussen Ollongren en Koerhuis gaat over artikel 15.4. In de Nederlandse vertaling te vinden op pagina 114 en 115. De minister ziet daar staan dat zij de bouwvoorschriften moet aanpassen zodat er een “eis” ontstaat dat bij een grote renovatie wordt verduurzaamd. Vandaar dat zij een verplichting oplegt aan huizenbezitters om over te stappen op een warmtepomp of zonnepanelen als 25% van de woningschil (zeg maar het dak) wordt vervangen.

Koerhuis ziet ook wel staan dat ‘Brussel’ iets ‘eist’, maar hem valt vooral op dat diezelfde zin in het typisch Brusselse proza afsluit met de passage: “voor zover dit technisch, functioneel en economisch haalbaar is”. De eis is dus niet absoluut, redeneert hij, dus dan maar helemaal geen eis.

Tot tweemaal toe heeft Koerhuis inmiddels een motie ingediend om de verplichting van tafel te krijgen. Één keer werd die al aangenomen. Vooralsnog weigert Ollongren van mening te veranderen.

Alle lidstaten krijgen op hun donder

Ollongren zet ondertussen druk op de Kamer en zegt dat de Europese Commissie al een brief heeft gestuurd, omdat Nederland de richtlijn nog niet heeft omgezet in Nederlands recht. Er dreigt een ‘inbreukprocedure’ als de Kamer niet snel instemt, dan sleept de Europese Commissie ons land voor de rechter.

Dat klopt inderdaad. Nederland kreeg op 27 juli een brief uit Brussel met de klacht dat er nog niets gemeld is over hoe het staat met Directive (EU) 2018/2001. Maar: we zijn zeker niet het stoutste jongetje van de klas. De Commissie stuurde die dag welgeteld 27 brieven. Elke Europese hoofdstad kreeg op zijn donder. Want nog geen enkele lidstaat heeft de moeite genomen de richtlijn over te nemen.

Het gras is altijd groener bij de buren.
Verken je horizon en ga ook eens vissen in een andere vijver!

Word lid Meer informatie