Achter de Horizon: succesverhaal Europese onderzoeksfondsen overschaduwd door budgetwijzigingen

De Europese Horizon-onderzoeksprogramma’s zijn belangrijke bronnen van inkomsten en samenwerking voor Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven. Zo heeft Horizon 2020 in Nederland veel bijgedragen aan wetenschappelijk onderzoek. De beslissing om het budget van opvolger Horizon Europe te verlagen, roept dan ook vragen op over de toekomst van onderzoek en innovatie in Nederland.

2 min. leestijd
Bron: Istockphoto.

Het Horizon 2020-programma, dat liep van 2014 tot 2020, heeft veel vruchten afgeworpen voor Nederlandse onderzoekers en instellingen. In totaal werd er bijna 5,4 miljard euro in Nederlandse projecten geïnvesteerd, blijkt uit een evaluatie. Dit was bijna 8 procent van het totale budget van Horizon 2020, waarmee Nederland relatief veel geld ontving. Alleen landen met een veel grotere bevolking zoals Spanje, Frankrijk, Italië en Duitsland ontvingen meer.  

Nederlandse projectvoorstellen werden ook hoog beoordeeld. Ongeveer 9.600 van de in totaal bijna 56.000 aanvragen kregen de begeerde financiering, een slagingspercentage van 17,3 procent. Daarmee staat Nederland op de derde plek van best presterende landen, na België en Frankrijk. Ook werd bijna twee derde van de aanvragen als van hoge kwaliteit beschouwd.

Opmerkelijk: veel Nederlandse aanvragen vielen onder de pijler ‘excellente wetenschap’, dat baanbrekende en innovatieve onderzoeken ondersteunt. Dit illustreert het belang dat Nederland, met zijn vele grote universiteiten, hieraan hecht.

Minder budget

Ondanks het succes van het onderzoeksprogramma hebben de EU-leiders recent besloten het budget van opvolger Horizon Europe, te verlagen. Er wordt 2,1 miljard euro beknibbeld op het oorspronkelijke budget van 95,5 miljard. Hiervan gaat 1,5 miljard euro naar defensieonderzoek.

Deze herverdeling komt als onderdeel van een grotere herziening van het EU-budget. Hierin is 50 miljard toegewezen aan steun voor Oekraïne, vanwege de aanhoudende oorlog met Rusland. Na herhaaldelijke spanningen rond het veto van de Hongaarse premier Viktor Orbán, ging hij op 1 februari dan toch overstag.

Het besluit om het budget van Horizon Europe aan te passen leidt tot onrust in de wetenschap. Dit vooral gezien de eerdere waarschuwingen van Eurocommissaris voor Onderzoek, Iliana Ivanova, dat Horizon 2020 al ondergefinancierd was. En niet zo’n beetje ook: volgens haar was er zo’n 159 miljard extra nodig. Dit werd later door de Europese Commissie bevestigd in haar eigen beoordeling.

Onzekere toekomst

Voor Nederlandse onderzoekers en instellingen kan de budgetaanpassing van Horizon Europe dus zeker gevolgen hebben. Nu er minder geld beschikbaar zal zijn voor onderzoek en innovatie, zou de concurrentie om fondsen kunnen toenemen. Zeker nu Europese lidstaten zelf ook steeds minder investeren in onderzoek en innovatie, zijn wetenschappers afhankelijker van Europese potjes.

Ondertussen staat de tijd niet stil. De onderhandelingen over het volgende programma, de opvolger van Horizon Europe, genaamd FP10 (vanaf 2028), naderen alweer. Verschillende Europarlementariërs en andere belanghebbenden hebben al voorgesteld om het budget hier aan te vullen tot 200 miljard.

Het gras is altijd groener bij de buren.
Verken je horizon en ga ook eens vissen in een andere vijver!

Word lid Meer informatie