Het kan anders. Dat is de boodschap die direct opvalt bij het openen van het conceptverkiezingsprogramma van D66. De sociaal-liberalen stellen hun koers voor de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober iets bij. Waar het vorige programma nog tweehonderd pagina’s telde, is dit programma een stuk bondiger. En waar de partij in eerdere programma’s de EU vooral democratisch wilde hervormen, ligt de nadruk nu op veiligheid, economie en geopolitiek.
De Europese standpunten zijn bovendien minder prominent en pas terug te vinden in het voorlaatste hoofdstuk. D66 wil af van een politiek die “blijft hangen in stilstand” – in Nederland en in Europa.
Stilstand
Europa moet hervormen zodat die “zichzelf kan verdedigen én haar waarden uitdraagt”. Volgens D66 is de EU nu vaak te traag of afstandelijk. “Het Europa van gisteren is niet gebouwd voor de uitdagingen van vandaag”, schrijft de partij. Om dat te veranderen komt D66 met een aantal kernpunten: de EU moet economisch minder afhankelijk worden van China en de Verenigde Staten, Oekraïne moet sneller toetreden, het vetorecht moet verdwijnen en de EU moet sneller optreden tegen bedrijven die “hun macht misbruiken, prijzen opdrijven, de samenleving schaden of regels omzeilen, zoals grote techbedrijven en farmaceuten”.
D66 wil ook dat barrières op de interne markt verdwijnen, bijvoorbeeld bij diploma’s die niet overal erkend worden of verschillen in regels voor verpakkingen en afvalverwerking. Verder vindt de partij dat Europese regels simpeler moeten, een boodschap die de huidige Europese Commissie ook uitdraagt. Volgens D66 kan dat met één gezamenlijke Europese regel die overal geldt: de verordening.
Meer geld
D66 wil ook enkele concrete veranderingen: er moet jaarlijks 750 tot 800 miljard euro extra worden geïnvesteerd in Europese publieke goederen zoals eigen digitale technologie, infrastructuur en elektriciteitsnetten. De Europese begroting moet omhoog, met ‘eigen inkomstenbronnen’, een plan dat ook de Commissie heeft. Die denkt bijvoorbeeld aan een Europese accijns op tabak, een heffing op niet-ingezameld elektronisch afval of een heffing voor bedrijven met een omzet van meer dan 100 miljard euro.
Net als veel andere partijen wil D66 dat landen die de rechtsstaat, vrijheid of gelijkheid niet respecteren hun stemrecht en recht op Europees geld verliezen. Ook mag zo’n land geen voorzitter worden van de Raad van de Europese Unie, schrijft de partij. Een ander opvallend nieuw punt: Europeanen moeten de voorzitter van de Europese Commissie rechtstreeks kunnen kiezen.
Europees leger
Na deze algemene punten gaat D66 dieper in op veiligheid, internationaal leiderschap en migratie. D66 streeft naar een Europees leger, maar op korte termijn wil de partij een sterke Europese positie binnen de NAVO. De partij committeert zich aan de NAVO-norm van vijf procent. Opvallend. Andere partijen zeggen te willen voldoen aan 3,5 procent militaire uitgaven, maar noemen de afgesproken vijf procent in veel gevallen niet.
Daarnaast wil de partij dat het Europese handelsakkoord met Zuid-Amerika (Mercosur) zo snel mogelijk wordt aangenomen. Ook moet er meer geld naar ontwikkelingssamenwerking: 0,7 procent van het bruto binnenlands product. Verder vindt D66 dat de genocide in Gaza moet stoppen en dat misdaden bestraft moeten worden.
Op het gebied van migratie schaart de partij zich achter het nieuwe Europese asiel- en migratiepact, maar wil ze op lange termijn overstappen naar het ‘Canadese model’. D66-Kamerlid Anne-Marijke Podt lichtte de koerswijziging deze zomer toe in een uitgebreid interview. Lees hier het hele interview.
Het verkiezingprogramma wordt op het congres van 4 oktober officieel vastgesteld.
 
         
                     
                     
                    