De kandidaat-Eurocommissaris voor Gezondheid en Dierenwelzijn, de Hongaarse Olivér Várhelyi, is een deel van zijn portefeuille kwijt. Hij mag straks niet meer gaan over seksuele en reproductieve zorg. En ook niet over crisisbeheer, trouwens.
Toch wel door
Zijn hoorzitting enkele weken geleden zorgde voor nogal wat ophef in het Europees Parlement. Zijn kijk op reproductieve rechten, en dan vooral op abortus, baarde veel Europarlementariërs zorgen.
Eventjes leek het alsof hij niet goedgekeurd zou worden, maar nu heeft hij toch groen licht gekregen. De geschrapte onderwerpen worden nu toegevoegd aan de portefeuille van de Belgische Hadja Lahbib. Zij gaat straks onder meer over gendergelijkheid binnen de Commissie.
Waar lag het struikelblok?
Hoewel Válhelyi zegt dat hij “vrouwenrechten zal promoten”, staat zijn partij, Fidesz, niet bekend als de meest progressieve partij als het op seksuele en reproductieve rechten aankomt. Twee jaar geleden nam de Fidesz-partij bijvoorbeeld een wet aan waardoor Hongaarse vrouwen verplicht zijn om naar de hartslag van de foetus te luisteren voordat ze een abortus uitvoeren.
Daarnaast vertelde Várhelyi tijdens zijn hoorzitting dat hij abortus meer een kwestie van mensenrechten vindt, en niet zozeer van de gezondheidszorg. Lidstaten zouden daarom ook zelf over de toegang tot abortus mogen beslissen.
‘Bondgenoot’ van vrouwen
Een groot deel van de Europarlementariërs was daarom bezorgd: gezondheidsrechten voor vrouwen zijn een essentieel onderdeel van het Europese gezondheidsbeleid, en Várhelyi deed er naar hun mening te laks over. Toen hij kritische vragen kreeg, schoot hij in de verdediging: “Waarom denken jullie dat ik geen bondgenoot van vrouwen ben? Ik woon samen met vier vrouwen – mijn vrouw en drie dochters.” Ook dat antwoord schoot meerdere Europarlementariërs in het verkeerde keelgat.
“Met alle respect … er is misschien een verschil tussen vrouwen leuk vinden en de waarde van vrouwenrechten inzien”, antwoordde de Deense Stine Bosse (Renew) destijds, waarop een applaus volgde.
Niet genoeg
De linkse fractie en de Groenen hadden het liefst gezien dat Várhelyi niet geaccepteerd werd als Eurocommissaris. De sociaaldemocraten zijn het eigenlijk ook niet met de Hongaarse kandidaat eens. Maar nu hebben ze toch groen licht gegeven, op voorwaarde dat onder andere het onderwerp van seksuele en reproductieve gezondheid naar een andere Eurocommissaris gaat. In ruil voor hun toezegging kon de sociaaldemocratische Teresa Ribera namelijk ook een plekje veroveren in de Europese Commissie.
Bas Eickhout (GroenLinks) is niet blij met deze overeenkomst. De deal-strijkers normaliseren extreemrechts, vindt hij. “De verdeeldheid van de belangrijkste democratische fracties is een cadeautje voor Viktor Orbán en al diegenen die verdeeldheid zaaien en het Europese project ondermijnen op een moment dat het het hardst nodig is.”
Ruissen (SGP) juist boos en verdrietig
Maar niet iedereen is blij dat Várhelyi straks niet meer gaat over seksuele rechten in de zorg. SGP-Europarlementariër Bert-Jan Ruissen is bijvoorbeeld bedroefd. Het is “dieptriest dat ongeboren leven speelbal is van politiek gekonkel”, schrijft hij op X.
Naast bedroefd is Ruissen ook gefrustreerd: “Tijdens de hoorzitting met de heer Várhelyi gebeurde er iets heel merkwaardigs: veel collega’s dwongen hem zich uit te spreken voor abortus, terwijl de EU daar helemaal niet over gaat.” Zijn oproep aan de Commissie is dan ook om “deze pro-abortuslobby” te stoppen. “We hebben het hier over het door God gegeven kwetsbare leven dat onze bescherming verdient”.