De Raad van State zegt dat Nederland Syrische vluchtelingen weer mag terugsturen naar Denemarken als ze eerder al in dat land asiel kregen. Voorheen mocht dat niet. Er bestond immers de mogelijkheid dat Denemarken de vluchteling terug zou sturen naar gevaarlijke gebieden in Syrië.
Uitspraak
De Raad van State komt met de uitspraak nadat een Syrische vluchteling aan de bel trok. Hij had eerst asiel gekregen in Denemarken en vroeg daarna asiel aan in Nederland. Nederland keurde zijn aanvraag af. De Syriër was het daar niet mee eens. Hij vreesde dat Denemarken hem terug zou sturen naar Syrië.
In 2022 oordeelde de Raad van State nog dat de Nederlandse overheid soortgelijke afkeuringen nader moest verklaren. Er was toen nog een groot verschil tussen het asielbeleid van Nederland en Denemarken. Denemarken achtte meer gebieden in Syrië veilig dan Nederland deed. Zo bestond er dus de kans dat een vluchteling in Nederland toch op een plek terecht zou komen die Nederland gevaarlijk achtte.
Verwaarloosbaar
Dat verschil is nu verwaarloosbaar, is de conclusie. De Raad van State zegt dat de vluchteling niet meer hoeft te vrezen dat Denemarken hem terugstuurt naar een gevaarlijk gebied in zijn thuisland. De staat mag er op voorhand van uitgaan dat alle lidstaten van de Europese Unie op een effectieve en gelijkwaardige manier bescherming bieden aan de grondrechten van vluchtelingen.
Hoe is het met de rechtsstaat & mensenrechten in landen van de Europese Unie en daarbuiten en wat zegt het Europese Hof? Met onze tweewekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte.
