Terwijl verschillende Latijns-Amerikaanse landen zich terughoudend opstelden over de Russische agressie-oorlog tegen Oekraïne, spreekt de Surinaamse president Santokhi klare taal: “In Suriname hebben we één standpunt ingenomen: het afwijzen van de oorlog in Oekraïne en de wereld oproepen tot vrede. Ook hebben we Rusland opgeroepen om zich terug te trekken.”

Verder sprak Santokhi zich tegenover de pers uit over de Nederlandse excuses voor het slavernijverleden in Suriname: “Meneer Hoekstra is persoonlijk zijn excuses komen aanbieden. Die excuses waren duidelijk, maar voor ons komt er nog een komma achter die excuses.” Ondanks de erkenning van deze excuses, benadrukte Santokhi dat er nog veel meer gedaan moet worden voordat deze zaak naar tevredenheid is afgehandeld.

Trendsetter

Voor eventuele volgende stappen vertelt Santokhi dat “er een platform komt in Suriname met ook Nederlandse vertegenwoordigers”. Voor de president is er duidelijk “nog een heel traject af te leggen”. Hij zou graag willen dat ook koning Willem-Alexander volgend jaar in Suriname persoonlijk zijn excuses aanbiedt.

In de marge van deze top ontstond ook een bredere discussie over de vraag of de gehele Europese Unie excuses moet aanbieden voor het slavernijverleden in Latijns-Amerika. Santokhi zegt dat Nederland hier de “trendsetter” was en dat het nu aan de overige Europese landen is om ook excuses aan te bieden.

Over de 200 miljoen euro aan Nederlandse herstelbetalingen die op tafel ligt, zegt Santokhi dat “het hier niet mee zal eindigen”. Santokhi benadrukt dat het slavernijverleden slechts één onderdeel van de Nederlandse erfzonde is: “Straks komt ook nog het koloniaal verleden en we hebben ook nog de inheemse bevolking en nazaten van de contractarbeiders.”