De Europarlementariërs blazen vandaag zeventig kaarsjes uit, Eurocommissaris voor Democratie en Demografie Dubravka Šuica spreekt de Tweede Kamer toe en de lidstaten gaan in gesprek over de gevolgen van het Europese regiobeleid.
Verjaardag
Vandaag viert het Europees Parlement het zeventigjarige bestaan van de voorloper van de Europese Unie: de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS). Het verdrag werd getekend in augustus 1952. Het verjaardagsfeestje komt dus een paar maanden na de officiële oprichtingsdatum, maar dat hoeft de pret niet te bederven. De premiers van België, Frankrijk en Luxemburg, drie landen die er vanaf het prille begin bij waren, zakken af naar het Europees Parlement om dit te vieren.
De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal werd opgericht om via nauwere economische samenwerking een nieuwe Europese oorlog af te wenden. Nederland, West-Duitsland, Frankrijk, België, Italië en Luxemburg namen vanaf de eerste dag deel. Oorspronkelijk zetelden 78 leden van de nationale parlementen in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.
Burgerpanels
Eurocommissaris voor Democratie en Demografie Dubravka Šuica gaat vandaag in gesprek met de Tweede Kamer over de uitkomst van de Conferentie over de toekomst van Europa. Van het voorjaar van 2021 tot het voorjaar van 2022 kregen meer dan 50.000 Europese burgers de mogelijkheid om met elkaar in debat te gaan over het Europese beleid. De Europese instellingen zijn op dit moment nog in gesprek over wat ze met de uitkomst van de conferentie gaan doen.
Een in het oog springend voorstel is de afschaffing van het vetorecht van lidstaten bij de Europese besluitvorming. Ook wilde een meerderheid van de deelnemende burgers dat het Europees Parlement het recht krijgt om wetsvoorstellen te doen. Tot slot waren de burgers ook voorstander van transnationale kandidatenlijsten bij de verkiezingen voor het Europees Parlement.
Regiobeleid
In Brussel gaan de lidstaten vandaag in gesprek over de langetermijngevolgen van het Europese regiobeleid. De Europese fondsen geven financiële steun aan economisch zwakker regio’s opdat de economische verschillen tussen de regio’s binnen de Europese Unie kleiner worden.