Stel dat de Europarlementariërs Thijs Reuten (PvdA) en Bart Groothuis (VVD) een leuk appartementje in Teheran op het oog zouden hebben gehad, kunnen ze dat wel vergeten. De twee Nederlanders mogen vanaf vandaag Iran niet meer in en kunnen geen gebruik meer maken van het Iraanse bankensysteem. Ook zal hun Iraans vermogen, als ze dat zouden hebben, in beslag genomen worden.
“Zwaktebod”
“Ik steek het dappere Iraanse volk een hart onder de riem”, vertelt Groothuis. “Ik veroordeel terroristische aanslagen door het Iraanse regime. En dan kom je blijkbaar op een sanctielijst terecht: de wereld op zijn kop. Maar ik zal nooit een blad voor de mond nemen.”
Reuten noemt de sanctie “een zwaktebod” van de Iraanse leider Khamenei die “weet dat hij zijn geloofwaardigheid kwijt is”. De PvdA’er vertelt dat hij zijn sanctie “met trots” zal dragen. “Als ze probeerden mij te weerhouden van mijn strijd om de Revolutionaire Garde op de terreurlijst te krijgen, hebben ze het mis. Dit zal mijn inzet voor de rechten van het dappere Iraanse volk alleen maar versterken”, aldus Reuten.
Volgens het Iraanse persbureau Tasnim News Agency zijn de sancties gericht op individuen die “oproepen tot geweld tegen het Iraanse volk, zich bemoeien met binnenlandse zaken van Iran en valse informatie verspreiden over Iran”. Nog een heleboel andere Europarlementariërs, leden uit nationale parlementen, de burgemeester van Parijs en de hoofdredacteur van Charlie Hebdo komen op de Iraanse sanctielijst terecht.
Terroristen
Reuten en Groothuis waren erg uitgesproken in hun afkeuring van de bloedige repressie waarmee het Iraanse regime de burgerprotesten de kop in probeert te drukken. Op 16 september overleed de 22-jarige Mahsa Amini na haar arrestatie door de zedenpolitie omdat ze geen hoofddoek droeg. De Iraniërs trokken massaal de straat op.
Een meerderheid in het Europees Parlement riep vorige week nog op de Revolutionaire Garde, het Iraanse militaire elitekorps, officieel als terroristische organisatie te bestempelen. De Europese ministers van Buitenlandse Zaken gingen daarmee niet akkoord. Volgens minister van Buitenlandse Zaken Wopke Hoekstra zou dat juridisch erg “ingewikkeld” zijn. Wel besloten de ministers dat er nieuwe Iraniërs op de Europese sanctielijst zouden komen.
