Nederland krijgt meer dan 886 miljoen euro uit het Brexitfonds van de Europese Unie. Met dat geld worden de bedrijven en sectoren gesteund die het hardst getroffen zijn door de Brexit.
De Nederlandse en Ierse visserijsector hebben het meest te lijden en krijgen daarom de hoogste financiële compensatie vanuit de EU. Ierland kan in totaal rond de 980 miljoen verwachten uit de BAR, de Brexit Adjustment Regulation.
In Nederland krijgt de visserijsector een aanzienlijke deel van die 886 miljoen: bijna 140 miljoen euro.
“Ik ben tevreden met de uitkomst, alhoewel het beschikbare budget bij lange na niet voldoende is voor onze vissers om de geleden verliezen op te vangen”, reageert Europarlementariër Peter van Dalen (CU). Hij maakte zich het afgelopen jaar tijdens de onderhandelingen sterk voor een behoorlijke compensatie voor Brexit. “Enkele Zuid-Europese landen wilden meer geld, ten koste van Nederland, maar dat is gelukkig niet gebeurd.”
Een aardig bedrag
Wel vraagt Van Dalen zich af in hoeverre die 140 miljoen euro individuele vissers daadwerkelijk gaat helpen. Die vraag klinkt ook bij de belangenverenigingen van de visserijsector. “Allereerst ben ik natuurlijk blij dat er geld vrijkomt voor de vissers”, zegt Pim Visser van VisNed.
Ook Gerard van Balsfoort, voorzitter van de Redersvereniging voor Zeevissers is in eerste instantie tevreden. “Het is een aardig bedrag, maar vervolgens komen er regels over hoe Nederland het geld mag gebruiken en dan ontstaan er wat problemen.”
De beide verenigingen wijzen erop dat de BAR een regeling is voor bedrijven om zich aan te passen aan de Brexit-situatie. “Het is dus geen compensatie voor de verliezen na Brexit”, zegt Balsfoort.
Op een kluitje
En daar wringt de schoen, want vissers lopen winsten mis. Pim Visser legt het uit: door de Brexit is het gebied waarin ze allemaal mogen vissen een stuk kleiner geworden. Daarnaast wordt het gebied waar vissers de zee op kunnen ook kleiner door de aanleg van windmolenparken en komen er steeds meer beschermde gebieden. De vissers varen steeds meer op een kluitje.
Een aantal Nederlandse vissers stopt er nu mee. “Het fonds is een goede manier om vissers uit te kopen”, zegt Balsfoort. Ook kunnen vissers die tijdelijk stilliggen, omdat zij vangstquota hebben verloren, worden gecompenseerd met dit bedrag. “Ze ontvangen dan geld om de kosten van het stilliggen te dekken, voor het onderhoud en personeel die gewoon doorlopen, maar dat is geen compensatie voor de geleden schade, want vissers verdienen alsnog niks.”
Wisselgeld
De visserijsector is al langer ontevreden over wat Brexit ze in de praktijk kost. Er is vooral boosheid over de beruchte onderhandelingen van kerstavond 2020, waar de Nederlandse vissers naar hun eigen idee wisselgeld werden. Als onderdeel van een compromis werd besloten om een deel van de Europese visquota aan het Verenigd Koninkrijk te geven. “Vooral de Nederlandse vissers zijn hier het slachtoffer van”, aldus Visser. “Zij hebben gebieden ingeleverd, maar worden niet gecompenseerd voor de verloren vangst. De directe schade na brexit en het verlies van hun bezit aan quotum wordt niet gezien als schade. De EU mag wel afpakken, maar staat compenseren niet toe, dat is toch super krom?”, stelt hij.