Als Oekraïne via de NAVO of rechtstreeks aan Nederland vraagt om wapens, dan zal het kabinet daar “welwillend” naar kijken. Dat zei de nieuwe minister Wopke Hoekstra van Buitenlandse Zaken in zijn eerste debat met de Tweede Kamer.

Dat Nederland bereid is wapens te leveren aan het Oost-Europese land is nieuw. Tot voor kort was het kabinet er niet voor, maar met 100 duizend Russische militairen aan de grens met Oekraïne en de agressieve taal die er wordt uitgeslagen is een nieuwe situatie ontstaan.

Nieuwe context

Hoekstra maakt zich met de dag meer zorgen over de situatie in Oekraïne. Op vragen van de SP erkende hij dat het belangrijk is om een wapenwedloop tussen Rusland en Oekraïne te voorkomen, maar hij voegde er aan toe dat de “context is veranderd. En niet door het handelen van Oekraïne”.

In normale tijden levert Nederland geen (defensieve) wapens aan landen die instabiel zijn of zich in een conflict bevinden. Hoekstra zei in de Kamer dat een verzoek om wapenleveranties in dit geval met een andere bril en met andere criteria bekeken zal moeten worden.

Hulp bij cyber-defensie

Oekraïne werd vorige week getroffen door een cyberaanval. Digitale oorlogsvoering en digitale spionage zijn specialismen van de Nederlandse krijgsmacht. Hoekstra zei dan ook dat indien er een verzoek komt voor hulp bij de digitale defensie, Nederland daar eveneens “met een open blik” naar zal kijken. Diplomatiek voegde hij daar aan toe: “En dat zeg ik niet om vervolgens nee te zeggen tegen allerlei verzoeken”.

Hoekstra maakte ook bekend dat hij op 1 en 2 februari met premier Mark Rutte naar Kiev vliegt. Het tweetal wil daar volgens Hoekstra “expliciet onze steun uitspreken voor Oekraïne.” Het is duidelijk dat het Nederlandse kabinet zich vanwege de tragedie met de MH17 betrokken voelt bij Oekraïne, nu dat land het hoofd moet bieden aan een dreigende Russische invasie.