Deze week in de nieuwsbrief Brussels Peil: Klimaatdoelen

In de nieuwsbrief Brussels Peil van deze week, de analyse over de Europese top en een verhaal van Marko Bos over de klimaatdoelen.

2 min. leestijd

De Europese Unie heeft de streefcijfers voor klimaat- en energiebeleid voor 2020 ruimschoots gehaald. Maar hoe gaat het op weg naar 2030 en 2050? Marko Bos over opwarming, doelen en politieke obstakels:

Afgelopen week waarschuwde de Europese Rekenkamer dat extra maatregelen nodig zijn om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C.

Met bovenstaande grafiek laat de Rekenkamer zien hoe het staat met de daling van de emissies van broeikasgassen in de EU. Dergelijke grafieken zijn ook gemaakt voor de ontwikkeling van hernieuwbare energie (zoals uit zon en wind) en van de energie-efficiëntie. Het doel van twintig procent emissiereductie (ten opzichte van 1990) heeft de EU in 2020 royaal gehaald – mede dankzij de coronacrisis. De reductie bedroeg dat jaar zelfs bijna 32 procent. In 2021 veerde het reductiepercentage door het economisch herstel terug naar 28,6 procent.

Klimaatverandering

Het oude streefcijfer van 40 procent emissiereductie in 2030 lijkt daarmee binnen bereik – maar dat streefcijfer heeft de EU inmiddels aangescherpt tot 55 procent (daarom spreken we ook over het Fit for 55-pakket). Daarvoor is dus een drastische versnelling van de emissiereductie nodig. Het Fit for 55-pakket moet daarvoor de basis leggen. Maar de uitvoering door en in de lidstaten moet dan wel zo geloofwaardig zijn dat bedrijven, burgers en financiële instellingen daadwerkelijk massaal gaan investeren in energiebesparing en in duurzame energie.

55 procent emissiereductie is een tussendoel, op weg naar net zero in 2050. Dat betekent dat de EU dan (per saldo) geen broeikasgas meer in de atmosfeer brengt. Daar hoort een ambitieus tussendoel voor 2040 bij. De Europese Commissie gaat daar begin volgend jaar een voorstel voor doen. De Europese Wetenschappelijke Raad inzake Klimaatverandering heeft daar onlangs al advies over uitgebracht.

Heldere bakens

In dat advies weegt de Raad af wat haalbaar, wat nodig en wat fair is (ten opzichte van de rest van de wereld). De Wetenschappelijke Raad gaat ervan uit dat er wereldwijd nog 300 tot 500 miljard ton (Gt) broeikasgassen kan worden uitgestoten, wil men op 1,5°C opwarming uitkomen. Daarvan zou de EU nog 11 tot 14 Gt voor haar rekening kunnen nemen. Daarvan uitgaande adviseert de Raad om voor 2040 te kiezen voor 90 tot 95 procent emissiereductie.

In de dagelijkse politiek lijken 2030, 2040 en 2050 nog ver weg. Maar tijdig investeren in een klimaatbestendige toekomst kan niet zonder heldere bakens plus de vertaling ervan in slagvaardige besluiten over effectieve beleidsmaatregelen. Het gaat niet helpen om dergelijke besluitvorming maar over verkiezingen (zoals voor het Europees Parlement) heen te tillen.