De rentelasten van het coronaherstelfonds: het zwaard van Damocles boven de Europese begroting

Het Europees Parlement ging in debat over de oplopende rentelasten van het coronaherstelfonds. Die zorgen ervoor dat de financiering van andere EU-projecten in het gedrang dreigt te komen.

3 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

Het is 2020: het coronavirus heeft de Europese Unie overspoeld en de economie ligt op haar gat. Om de ergste financiële malaise af te wenden, wil Brussel na afloop van de pandemie via subsidies en leningen de economie opnieuw leven inblazen. Het prijskaartje van dit coronaherstelfonds: 800 miljard euro.

Gelukkig is de rentevoet dan zo goed als nul. De Europese Commissie trekt naar de kapitaalmarkten en leent in een mum van tijd het geld bij elkaar. De rentebetalingen en kapitaalaflossingen worden in de meerjarige Europese begroting opgenomen.

“Bij aanvang van de leningsoperatie bevonden we ons in een bijzonder gunstige situatie op vlak van rentelasten”, vertelt de Belgische Europarlementariër Johan Van Overtveldt (N-VA). “Dat heeft gezorgd voor een vlotte opstart en gunstige kostprijs van de hele operatie.”

Inflatie

Maar de tijd staat niet stil. De gierende inflatie dwong de Europese Centrale Bank om de rente aan een ongezien tempo op te drijven. Het gevolg: de rentekosten van het coronaherstelfonds schoten ook de lucht in. En omdat deze uit de meerjarige Europese begroting betaald worden, dreigt er minder geld over te blijven voor andere  EU-projecten. 

Volgens Van Overtveldt hield de Europese Commissie onvoldoende rekening met de mogelijkheid dat de rente kon oplopen: “Bovendien betreuren we het manifeste gebrek aan openheid van de Commissie bij haar berekeningen van de rentelasten.” Van Overtveldt vertelt dat het Europees Parlement bot ving telkens wanneer het om verduidelijking vroeg. 

Eurocommissaris voor Interne Markt Thierry Breton kijkt vooralsnog de kat uit de boom. Hij vertelt dat “de Commissie klaar is om naar oplossingen te zoeken”, maar dat het nog “te vroeg” is om toe te lichten hoe die eruit zouden zien. 

Meer EU-belasting

Verschillende Europarlementariërs zien echter een eenvoudige oplossing: geld ophalen door meer rechtstreekse EU-belastingen te heffen. Zo ook PvdA’er Paul Tang: “Er zijn mogelijkheden genoeg: een heffing op CO2-uitstoot, een bijdrage van de grootste bedrijven of een deel van nationale belastingen op de hoogste vermogens.”

Daarbij wijst Tang ook met de vinger: “De EU heeft schulden en een schuld los je af. Dat klinkt logisch, maar blijkbaar niet voor de lidstaten.” Vooralsnog zien veel lidstaten het niet zitten om de rechtstreekse EU-belastingen te verhogen. Tang: “Mijn oproep aan de ministers van Financiën, met minister Kaag voorop, is dan ook duidelijk: zorg voor genoeg Europese inkomsten om aan onze verplichtingen te voldoen.”

Europarlementariër Michiel Hoogeveen (JA21) moet hier niets van weten: “Uiteindelijk betalen de mensen thuis die EU-belastingen. Het is hoog tijd dat de EU pas op de plaats maakt. Want net als de mensen thuis kunnen wij een euro maar één keer uitgeven.”

Voor Hoogeveen is het alternatief vanzelfsprekend: “Schulden maken, kost geld. En als de kosten oplopen, moet je snijden. Dat betekent prioriteiten stellen en minder geld uitgeven.”

Mooi idee
Eerste reacties
Strak plan
Schiettent
Chefsache
Nieuwe wet