‘Chemische industrie ondermijnt verbod op schadelijke PFAS’

Het ambitieuze plan om PFAS te verbieden wordt steeds meer afgezwakt. Lobbyisten zaaien angst en gebruiken de Europese Commissie om de chemische industrie te helpen. Dat stelt lobbywaakhond Corporate Europe Observatory.

3 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

Chemielobbyisten verzetten zich hard tegen een EU-verbod op het gebruik van PFAS, concludeert antilobby-organisatie Corporate Europe Observatory in samenwerking met journalisten uit 16 verschillende landen. Ook het Nederlandse Investico was betrokken bij het onderzoek. Nederland, Duitsland, Denemarken, Noorwegen en Zweden stelden wetgeving voor om de schadelijke stof te verbieden, maar dat voorstel lijkt nu te worden afgezwakt. 

Poly- en perfluoralkylstoffen

De schadelijke stoffen PFAS komen voor in alledaagse producten zoals kleding, verpakkingen, maar ook antiaanbakpannen en pesticiden. Blootstelling aan PFAS kan slecht zijn voor ongeboren kinderen, maar ook schildklierziekte, leverbeschadiging of nierkanker veroorzaken bij volwassenen.

De stof is misschien wel het meest bekend geworden door de Amerikaanse film ‘Dark Waters’. De film is gebaseerd op het waar gebeurde verhaal van advocaat Robert Bilott, die een boer bijstaat van wie het vee ziek werd door het drinken van vervuild water. In Nederland kennen we PFAS van chemiebedrijf DuPont (later Chemours) in Dordrecht, dat massaal de stof in het water loosde. 

Lobbyapparaat

Volgens de antilobby-organisatie Corporate Europe Observatory heeft de Europese Commissie steeds minder ambities. De nieuwe ploeg in Brussel maakt zich meer zorgen over het concurrentievermogen van de Europese industrie dan de schade die PFAS aanricht, zegt de waakhond. 

Chemiebedrijf Chemours speelt daar volgens de onderzoekers een grote rol in. Het aantal lobbyisten voor het bedrijf is fors gestegen, evenals het budget om strengere wetten tegen te houden. Nederland is trouwens voor een Europees verbod op PFAS. Binnenkort wordt het voorstel van de Europese Commissie gepubliceerd. 

Moeilijk te verwijderen

PFAS blijkt niet alleen moeilijk te verbieden, maar ook bijna onmogelijk om op te ruimen. Volgens Investico kostte het de gemeente Enschede ruim 11 miljoen euro om PFAS te verwijderen onder een speeltuin, waar vroeger een textielfabriek stond. Op de plek van voormalige vliegbasis Soesterberg kostte het opruimen 22 miljoen.

De hoge kosten zijn het gevolg van de hardnekkigheid van de schadelijke stoffen. Experts schatten dat de EU bijna 100 miljard moet uitgeven om PFAS uit het milieu te verwijderen.

Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft geen overzicht van alle locaties in Nederland die vervuild zijn met PFAS. Ook weet het ministerie niet welke bedrijven PFAS lozen. Minister Barry Madlener (PVV) schreef onlangs aan de Tweede Kamer dat zijn ministerie pas in 2032 een overzicht zal hebben.