Advies: Miljoenennota in het voorjaar.

4 min. leestijd

De Nederlandse begroting kan voortaan beter in het voorjaar worden gepresenteerd. De Tweede Kamer kan dan in april de politieke en financiële beschouwingen houden, waarna op Prinsjesdag een aangepaste versie kan worden gepresenteerd. Dat adviseert de Raad van State in haar jaarlijkse beschouwing over de miljoenennota.

Volgens het adviescollege heeft de Tweede Kamer dan meer invloed, want nu zijn in het voorjaar alleen de coalitiepartijen betroken bij het opstellen van de begroting. Sinds de Paarse kabinetten in de jaren negentig van de vorige eeuw, met minister Zalm, besluit het kabinet over de uitgaven in april. Tussen april en de derde dinsdag in september ontstaat er dan druk om her en der wat geld bij te plussen, waarna in september de begroting naar buiten komt. Maar dat is volgens de Raad van State niet goed te controleren voor de Tweede Kamer. In feite staat de oppositie buiten spel. Dat is niet goed te verdedigen vindt het college.

Europa neemt het anders over

En er is nog een argument. Sinds de financiële crisis, wil de Europese Commissie in het voorjaar cijfers zien. Er is het winterpakket, waarbij cijfers van de begroting moeten worden gepresenteerd in Brussel en daarna komen de zogenoemde landen-specifieke aanbevelingen. Nederland was daar altijd erg voor, omdat op die manier landen als Griekenland, Spanje en Italië financieel bij de les konden worden gehouden. Maar ook Nederland krijgt aanbevelingen, zo moeten we al jaren iets aan de overspannen woningmarkt doen.

Het idee van de Raad van State is om de plannen, die toch al naar Brussel gaan, mee te nemen bij de begroting die dan in het voorjaar, al dan niet in een koffertje, naar buiten kunnen. Zo wordt niet alleen de Nederlandse begroting transparant, maar ook de Europese en heeft iedereen zicht op de cijfers, aldus de Raad van State. Prinsjesdag blijft wel bestaan, inclusief koets en het voorlezen van de troonrede. Er komt alleen een belangrijk moment bij.

Let op de schuld

Het adviesorgaan geeft meteen een voorbeeld van waar de Tweede Kamer op moet letten. De komende tijd wordt volop gesproken door de Europese ministers van Financiën over hoeveel schuld een land mag hebben en daarbij gaat het ook over het geld dat de Europese Commissie momenteel leent op de kapitaalmarkt. De Europese Commissie haalt geld op voor het coronaherstelfonds van ruim 750 miljard. De financiële markten reageren positief, maar er zit een groot nadeel aan vindt de Raad van State.

“Er wordt uitgestraald dat de EU een eenheid is, dat er
transfers van sterkere naar zwakkere landen plaatsvinden en dat er dus geen sprake is van een unie die uit elkaar valt.”

Raad van State in advies over de Miljoenennota

Op het eerste gezicht lijkt dat mooi, maar er zit een enorme adder onder het gras. De rente loopt niet op in landen als Spanje, Italië en Griekenland. Ze kunnen, anders dan bij de financiële crisis, goedkoop geld lenen. Maar de belangstelling voor hun staatsleningen neemt zienderogen af. Heel veel wordt opgekocht door de Europese Centrale Bank (ECB). De Raad van State doet geen voorspelling over wat er mis kan gaan, maar heeft het wel over oplopende rente en hogere inflatie. In ieder geval zal het gevolgen hebben ook voor Nederland. “Wees daar helder over”, adviseert het college.

Blijvend

En dan heeft de Raad van State ook nog een voorspelling. Niets is zo blijvend als een tijdelijke regeling. Het Nederlandse kabinet ging akkoord met het coronaherstelfonds op voorwaarde dat het eenmalig zou zijn. Maar de Raad van State denkt dat het fonds wel eens een blijvertje zou kunnen worden. De komende jaren hebben lidstaten extra geld nodig om hun economie er weer boven op te krijgen. En landen hebben nu gezien dat de Europese Commissie vrij makkelijk geld kan ophalen.

Verder vindt de Raad dat het Nederlandse kabinet zo snel mogelijk ook geld moet ophalen in Brussel. Tot op heden vindt het demissionair kabinet dat ze pas een aanvraag kunnen indienen als er een nieuw kabinet is.