Interview | Topeconoom Lex Hoogduin: Nederland moet niet opdraaien voor Europese klaplopers

Dat Europa haar defensie moet versterken, daar is iedereen het over eens. Maar hoe moet dit gebeuren? Vorige week presenteerde de Europese Commissie een defensiepakket, waarin onder andere het plan werd aangekondigd om een gezamenlijke lening van 150 miljard euro af te sluiten voor investeringen in defensie, de zogenoemde eurobonds.

5 min. leestijd

Dat Europa haar defensie moet versterken, daar is iedereen het over eens. Maar hoe moet dit gebeuren? De Europese Commissie wil dit doen via een Europees defensiepakket. Voor dit pakket wordt de komende 4 jaar 800 miljard vrijgemaakt, waarvan 150 miljard via een gezamenlijke lening. Een gezamenlijke lening houdt in: we lenen samen en zijn samen verantwoordelijk voor het terugbetalen van de lening. Als een land niet kan terugbetalen, moeten de overige landen de schuld dus overnemen.

Een slecht idee, vindt Lex Hoogduin. Lidstaten zouden zelf verantwoordelijkheid moeten nemen en zelf de noodzakelijke politieke keuzes moeten maken. Landen als Nederland moeten volgens de emeritus hoogleraar Economie niet opdraaien voor landen die hun financiën niet op orde hebben.

Waarom ziet Europa gezamenlijke leningen als een noodzakelijk middel om haar defensie te versterken?

”Om defensie te versterken, is veel geld nodig. Maar veel EU-landen kampen met hoge schulden en willen deze niet verder laten oplopen. Tegelijkertijd vinden ze het moeilijk om andere uitgaven te verminderen of belastingen te verhogen. Daarom zoeken ze naar een ogenschijnlijk ‘pijnloze’ en ‘kosteloze’ oplossing: gezamenlijk lenen.”

Ik hoor sarcasme in uw stem toen u zei ‘pijnloos en kosteloos’.

”Dat klopt, want het is allesbehalve pijnloos en kosteloos. Het bespaart landen alleen de moeilijke en onpopulaire politieke keuzes. Als de Europese Commissie het geld leent, hoeven nationale regeringen hun begroting niet aan te passen. Dit maakt het politiek aantrekkelijker.”

”Meer lenen betekent echter meer inflatie. Op korte termijn lijkt het een makkelijke oplossing, maar op de lange termijn zal het negatieve gevolgen hebben voor heel Europa. Bovendien zullen landen die hun financiën wél op orde hebben, uiteindelijk opdraaien voor de leningen.”

Maar als Europa serieus genomen wil worden door de NAVO, is dit misschien de enige manier om de defensie op te krikken?

”Nee, lidstaten moeten hun verantwoordelijkheid nemen. De Amerikanen vinden terecht dat Europa zich als klaploper gedraagt. Te lang hebben wij geld uitgegeven aan andere zaken, terwijl dat geld naar defensie had moeten gaan. Nu willen we dat veranderen, maar dan moeten we niet dezelfde fout maken als de Amerikanen en landen financieel blijven ontzien. Kijk bijvoorbeeld naar Italië, België en Spanje: ze hebben allemaal een staatsschuld van ruim 100 procent van het bbp en voldoen niet aan de 2-procentnorm. Dit zou voor hen juist een wake-upcall moeten zijn. Waarom zouden wij daarvoor opdraaien, terwijl zij zo stom zijn geweest zich diep in de schulden te werken?”

”Als de Commissie deze landen blijft ontlasten, zullen ze nooit hun verantwoordelijkheid nemen om hun begroting op orde te krijgen.”

Is het mogelijk om aan de NAVO-norm te voldoen zonder gezamenlijke leningen in te zetten?

”Natuurlijk, maar dan moeten landen bezuinigen. Defensie is in de eerste plaats een nationale verplichting. Dat moet dus niet via de EU worden geregeld. Het is cruciaal om de defensie-uitgaven te verhogen, zodat Amerika niet uit de NAVO stapt. Europese NAVO-landen moeten deze verantwoordelijkheid zelfstandig nemen.”

”Bovendien zou het veel sneller gaan als lidstaten hun defensie zelf organiseren. Individueel handelen gaat nu eenmaal sneller dan via de EU, waar onenigheid en bureaucratie de besluitvorming vertragen. Landen kunnen samenwerken in een ‘coalition of the willing’, zonder dat tegenstribbelende lidstaten alles blokkeren. Landen die niet willen bijdragen, lopen dan het risico uit de NAVO te vallen.”

”De EU kan hierin een ondersteunende rol spelen, bijvoorbeeld door gezamenlijke inkoop van materieel om kosten te drukken. Maar het moet niet doorslaan in het subsidiëren van landen die gezamenlijk inkopen. Defensie is een NAVO-zaak, geen EU-zaak. De Europese Commissie wil echter steeds meer taken naar zich toe trekken, wat ik persoonlijk een zorgelijke ontwikkeling vind. In de Europese politiek wordt vaak eerst een bedrag vastgesteld. Daarna zoekt men naar financiering, en pas als laatste wordt bepaald wat ermee gebeurt. Dat is vragen om problemen. Geen enkel bedrijf ter wereld werkt op die manier.”

Het klinkt alsof u vreest dat de EU via gezamenlijke leningen een alternatief voor de NAVO wil worden.

”Ja, en dat moeten we voorkomen. We mogen geen machtsstrijd tussen de EU en de NAVO krijgen. Het belangrijkste is om de NAVO te behouden. In de VS klinken al geluiden om Amerika uit de NAVO te laten stappen.”

”Als we nu de defensie-uitgaven verhogen tot 3,5 procent van het bbp en dit structureel doorvoeren, geven we het juiste signaal af. Maar dit moet elk land individueel doen. Daarnaast is het onhoudbaar om de rekening van decennialange verwaarlozing door te schuiven naar toekomstige generaties, en dat is in feite wat je doet met leningen.”

Als deze leningen voor Nederland zo onvoordelig zijn, zal Nederland zich er dan tegen durven verzetten?
”Dat zouden ze wel moeten. In principe zou Nederland zich hier niet in moeten mengen. Defensie-uitgaven moeten nationaal geregeld worden. Als sommige EU-landen samen willen lenen, prima, maar Nederland moet niet meedoen.”

”Mijn standpunt zou zijn: Nederland voldoet aan alle verplichtingen, maar gaat niet opdraaien voor de tekorten van andere landen.”