De Verenigde Staten hebben vier rechters van het Internationaal Strafhof (ICC) op de sanctielijst gezet. Deze rechters zouden volgens de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken “actief hebben deelgenomen aan de onwettige en ongegronde acties van het Strafhof tegen Amerika en onze trouwe bondgenoot Israël”.

Volgens het Internationaal Strafhof zijn de sancties “een duidelijke poging om de onafhankelijkheid van een internationale rechterlijke instelling te ondermijnen”. De maatregelen zijn gericht tegen Solomy Balungi Bossa uit Oeganda, Luz del Carmen Ibáñez Carranza uit Peru, Reine Alapini-Gansou uit Benin en Beti Hohler uit Slovenië. Door de Amerikaanse sancties kunnen zij problemen krijgen met eenvoudige financiële transacties, omdat alle financiële instellingen die zaken doen met de VS zich aan de sancties moeten houden.

Dialoog met de VS

Voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen zegt het Internationaal Strafhof en diens medewerkers volledig te steunen. “Het hof moet vrij kunnen opereren, zonder druk”, stelt zij op X. Europarlementariër Dirk Gotink (NSC) gaat een stap verder en roept de Europese Commissie op om in dialoog te treden met de VS over de sancties.

Volgens hem moet de EU haar eerdere beloften aan het Hof waarmaken. “In het licht van de nieuwe Amerikaanse sancties tegen het ICC in Den Haag roept NSC de Commissie op om haar eerdere toezeggingen na te komen en dit onderwerp mee te nemen in de lopende onderhandelingen met de VS”, aldus Gotink op X.

Eerder, in februari, stelde president Trump al sancties in, nadat het ICC arrestatiebevelen had uitgevaardigd tegen de Israëlische premier Benjamin Netanyahu en voormalig minister van Defensie Gallant in verband met de oorlog in Gaza. Volgens persbureau AP liggen de werkzaamheden van het Hof als gevolg van de sancties grotendeels stil.