EU-Rekenkamer: beleid biologische landbouw schiet tekort, Nederland bungelt onderaan

Ondanks ambitieuze doelstellingen en aanzienlijke financiële steun, zitten er heel wat haken en ogen aan de plannen van de Europese Unie om biologisch landbouw te stimuleren.

2 min. leestijd
(Bron foto: iStock)

De EU streeft ernaar om in 2030 25 procent van alle landbouwgrond biologisch te bebouwen. Omdat biologische boeren geen chemische pesticiden gebruiken, ziet Brussel het als een cruciaal puzzelstukje om onze voedselvoorziening duurzamer te maken. 

Momenteel vindt er op slechts 10,5 procent van de landbouwgrond in de EU biologische landbouw plaats. De EU gaf daarom tussen 2014 en 2022 bijna 12 miljard euro uit aan het stimuleren van biologische landbouwpraktijken. Maar dat loopt niet helemaal goed.

“Om blijvend succes te boeken, mogen we ons niet alleen richten op een toename van de oppervlakte biologisch bebouwde grond. Er moet meer worden gedaan om de sector als geheel te ondersteunen. De markt moet worden ontwikkeld en de productie moet worden gestimuleerd”, vertelt Rekenkamerlid Keit Pentus-Rosimannus. “Anders lopen we het risico dat we een eenzijdig systeem creëren dat volledig afhankelijk is van EU-financiering.”

Geen duidelijke doelen

Volgens de Europese Rekenkamer ontbreekt het echter aan een volledig strategisch kader. Er zijn geen meetbare streefdoelen voor de doelstellingen en maatregelen. Ook ontbreekt een duidelijke strategie voor de biologische sector na 2030.

De onderzoekers constateerden dat de EU-landen niet altijd consequent zijn in het toepassen van de regels voor biologische landbouw. Bovendien blijkt dat bij het geven van landbouwsubsidies voor biologische boeren, er te weinig aandacht is voor twee belangrijke doelen: het verbeteren van het milieu en het stimuleren van de markt voor biologische producten. De financiële steun was vooral gericht op het vergroten van het biologisch bebouwde gebied, zonder voldoende na te denken over de bredere effecten op milieu en economie.

Nederland loopt achter

Landbouwland Nederland scoort als één van de slechtsten van de Europese klas. Slechts 4,8 procent van de Nederlandse landbouwgrond wordt gebruik voor biologische landbouw. Nederland is dan ook het enige EU-land dat koos om geen Europese subsidies in te zetten voor het stimuleren van landbouw. Lidstaten stellen zelf een nationaal plan op waarin ze uittekenen hoe ze Europese landbouwsubsidies gaan besteden.

Wel heeft Nederland zich voorgenomen, om tegen 2030 15 procent van de landbouwgrond te gebruiken voor biologische landbouw, ver onder het Europese doel van 25 procent dus. Daarvoor wil Nederland vooral de consument aanmoedigen om meer biologische producten te kopen.